Kokte Mededeelingen. [Febr. 19111. van geweren uit baloorigheid niet minstens even zwaar gestraft moeten worden Ten slotte kan volgens Barre het moedwillig ruineeren van wapens met behulp van Art. 17 C. W. gebracht worden onder Art. 193 C. W.; indien niet de eigen, doch andermans wapens worden vernield, zal nogmaals Art. 17 C. W. moeten worden toegepast. S. K. Naschrift. Het stukslaan van geweren stelt m. i. een gemeen misdrijf daar, waarop alzoo de bepalingen van het gemeene recht van toepassing zijn. Hij die geweren stukslaat, neemt gouvernements goederen weg, waarover hij naar zijn goedvinden beschikt. Hij pleegt alzoo „diefstal". Aangezien bij Art. 316 S. W. E. (317 S. W. I.) op diefstal zonder verzwarende omstandigheden eene hoofdstraf van één tot vijf jaren gevangenisstraf (dwangarbeid buiten den kettiDg van drie maanden tot vjjf jaren) is gesteld, bieden n. m. m. de bestaande wetten den militairen rechter alleszins de gelegenheid aan het lage bedrijf spoedig een einde te maken. Red. 197

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 81