Mededeelingen betreffende het Indisch Leger. [Febr. 1913. leerd, dat de met 300 K. G. beladen voertuigen het marschtempo van eene infanterie colonne kunnen onderhouden op alle verharde wegen. Op niet verharde wegen en paardenpaden, van voldoende breedte en met een effen, droog bovenvlak, kunnen de voertuigen, mits bespannen met goed afgerichte paarden, zelfs bij langdurige stijgingen van 7° nog zonder behulp van menschen het tempo der infanterie onderhouden. Korte hel lingen (40 a 50 M.), welke door de paarden in één aanloop konden wor den genomen, werden zelfs bij 13° overwonnen; de paarden hadden daarna echter een korte rust noodig. Het afgaan van hellingen levert weinig bezwaar op, mits de rem goed werkt. Beservedeelen. Op de 42 treinkarren werd ééne reservekar met verwis- selstukken medegevoerd, bevattende: 2 groote en 2 kleine raden, 2 rechter-en 2 linkerlamoenboomen, 4 trekknuppels, 12 fouragestrikken en een kist met reserve tuigdeelen. Doordat deze reserve-kar bij den algemeenen trein was ingedeeld, kon zij voor de voertuigen van den gevechts- en bagagetrein alleen op rustdagen worden benut. Wenschelijk bleek het ook bij den troepentrein reserve onderdeelen beschikbaar te hebben, welke zouden kunnen worden vervoerd op de bagagekarren van den bataljonsstaf (zie hier achter). Personeel. Bij de proef bleek dat de treinsoldaten en treinpaarden niet waren geoefend in het marcheeren langs paardenpaden in geaccidenteerd terrein en in het overwinnen van hindernissen, zooals deze op andere dan de groote wegen worden aangetroffen. Pioniergereedschap. Menigmaal bleken de bruggen in de paardenpa den te zwak voor de voertuigen, of werden duikers en bruggetjes door voorafgaande voertuigen stukgereden. In die gevallen waren de bij de gevechtstreinen beschikbare kreedekken, schoppen of patjols vaak van veel nut Het bleek gewenscht om ook bij den bagagetrein eener Brigade en bij den algemeenen trein over eene kreebrug en eenig pioniergereed schap te kunnen beschikken. Een colonne-commandant, die over genietroepen beschikt, zal goed doen enkele manschappen bij den bagagetrein in te deelen. Gebruik der karren. Gedurende de oefening werden op de karren van den gevechtstrein vervoerd: infanteriemunitie, groot pioniergereed schap, kreebruggen, seinmiddelen en de uitrusting van de geneeskundige sectie. Dit alles liet zich zeer goed op de karren opladen en vervoeren, terwijl de gewiehtsgrens van 300 K. G. niet of niet noemenswaard werd overschreden. Teneinde de lasten goed te kunnen vastsjorren, bleek het medevoe ren van eenige fouragestrikken op de karren, gewenscht. M. T. 1913. 14 199

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 83