Febr. 1913 Mededeelingen beteeffende het Indisch Leger.
Het groote voordeel, aan deze voertuigen verbonden—de mogelijkheid
om tijdens den marsch te kokenwerd dns alleen benut voor de be
reiding van het avondmaal. Het is echter mogelijk tijdens een dag-
marsch twee maaltijden te bereiden, waarvan één bij de groote rust
te verstrekken. Daarvoor zouden de keukenwagens, na eerst bij den
gevechtstrein te hebben gemarcheerd, na die rust den bagagetrein
moeten inwachten om vivres voor den volgenden maaltijd in te nemen.
Proeven hebben bewezen, dat in den voorketel niet alleen soep, maar
ook sajor en andere spijzen kunnen worden bereid.
Op den rustdag bijv. werd ook volksspijs in den keukenwagen
opgewarmd. Het best voldeed daarbij de methode, waarbij de inhoud
der blikken volksspijs en gehakt in den ketel werd gestort en tijdens
het opwarmen goed dooreen geroerd.
Warmt men de ongeopende blikken in den met warm water gevulden
ketel op, dan biedt een soepketel slechts ruimte voor 15 bussen a 3
K. G. (ration voor 75 man).
Door op den keukenwagen een van een hengsel voorzien half
petroleumblik mede te nemen, kon het kokspersoneel op een naast het
voertuig aangelegd vuurtje tijdens de groote rust ook sambal bereiden.
Is de soldaat genoodzaakt dit zelf te doen, dan zou de troep niet onmid
dellijk na aankomst in het kantonnement kunnen eten en daarmede het
groote voordeel van den keukenwagen voor een deel verloren gaan.
Stabiliteit der voertuigen. Daar de keukenwagens slechts eene spoor
breedte hadden van 0.35 M. (die der treinkarren bedroeg 1.05 M.), liet
de stabiliteit te wenschen over, vooral wanneer de beide ketels waren
gevuld. Niet alleen, dat het omkantelen vertraging gaf in de bereiding
van het eten, maar ook waren voor het overeind zetten van een wagen
met brandende vuren minstens 4 man noodig, behalve de geleider, die
op zoo'n moment niet bij de paarden kon worden gemist.
Inrichting. Het bleek noodig de bergplaatsen voor hout op de keu
kenwagens eenigzins te vergrooten.
Verschillende kleine wijzigingen aan onderdeelen bleken verder
gewenscht (o. a. aan de trechters op de deksels der ketels, den schoorsteen,
de roosters der vuurhaarden, de plaatsing der kranen), evenais het
aanbrengen van eene inrichting om de rijstbussen vlugger te kunnen
ledigen.
Uitdeeling van het eten. Normaal begeven de manschappen zich
groepgsgewijze met hunne kookpannetjes naar den keukenwagen om het
eten in ontvangst te nemen.
Het uitdeelen van gevulde rijstbussen aan den troep leverde bezwaar
op, omdat deze te warm zijn om ze te kunnen hanteeren, en bovendien
de groep gewoonlijk niet beschikt over hulpmiddelen om de vast tegen
den wand zittende rijst uit de bussen te halen.
Personeel. De indeeling van 2 man bij eiken keukenwagen bleek onvol
doende te zijn voor de vele te verrichten werkzaamheden.
202