Maart. 1913.] De Fransche Legermanoeuvres in 1912. balingen uit de dienaangaande door de beide Legercomman danten ingediende rapporten: De Generaal Galliéni zegt: terwijl de Generaal Marion zich als volgt daarover uitspreekt: Een eigenaardig en tevens leerrijk voorval had gedurende dezen dag plaats. Het gebeurde te Guesne, achter het bosch van Scévolle, waar de Generaal Vautier, commandant van het Tijdelijk korps zijn kwartier had. Op het plein in dat dorpje stond de Generaal, omringd door zijn staf, orders te geven. Offi cieren, ordonnansen, wielrijders enz. reden af en aan. Plot seling waren echter allen als bij tooverslag verdwenen, allen hadden in huizen en schuren een schuilplaats gezocht. De correspondent van de Matin, die dit- tooneeltje heeft gade geslagen en beschreven, zegt daaromtrent verder: Derde dag. 13 September. Yoor dezen dag waren beide partijen van plan offensief op te treden, zooals blijken kan uit de hieronder volgende bedoelingen der partij-commandanten: i) West-partij De Generaal Galliéni besluit met zijne vereenigde krach ten aan te vallen in N.O. richting om zoodoende den vijan- delijken linkervleugel met zijn Xle korps en zijne cavalerie divisie te omvatten, terwijl het Xe korps zal optreden in het rayon O. van Moncontour om daar de troepen, die uit het bosch van Scévolle mochten déboucheeren, terug te werpen. 294 „Mes renseignements sont dus pour une partie importante aux escadril les d'ariaus, dont les comptes rendus sont parvenus au quartier général „de l'armée de 7 a 10 heures," „Les renseignements parvenus au quartier rouge (Est.) sont en grande „partie dus aux escadrilles d'ariaus. „Je levai la tête et je compris. A liuit cents mêtres, dans le firmament, „un aeroplane passait, fureteur, narquois, indiscrèt." 1) Zie Oleaat III.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 54