De Fransche Legermanoeuvres in 1912. [Maart. 1913.
Oost-partij
De Generaal wil tegen het aanbreken van den dag aanvallen:
met de divisie Ch. en Kol. op St. Clair-Moncontour-Messais;
met de 9e divisie op Chartres;
met de 17e. divisie op Maisoncelle-Assais
de 18e. divisie in reserve bij La Bourlière;
de 7e. cav. divisie zal het Tijdelijke korps op den rechter
vleugel steunen.
Het verloop van den slag op den 13en.
Tusschen 6 en 8 uur v.m. komt de Oost-partij in het
noordelijk rayon voorwaarts van het bosch van Scévolle.
De brigade chasseurs (2 bataljons, de beide andere worden
bestemd voor algemeene legerreserve achter den rechter
vleugel) dringt door tot Martaizé en verder; de kolonialen
bezetten St. Clair en dringen ook verder voorwaarts.
In het centrum kan de 9e. Divisie, die weinig tegenover
zich heeft, I rontenay passeeren en doorrukken naar St.
Chartreshaar aanvalspunt.
In het zuiden gaat het IXe korps (17e. Div.) steunend op de
den vorigen dag veroverde lijn La Grimaudière—Craon, met
de 34e brigade (Regt. 114 en 125) voorwaartis tegen Maison-
celle, en de 33e. brigade (Regt. 68 en 90) tegen Assais. De
18e. Divisie blijft in reserve, doch niet zooals boven aan
gegeven te la Bourlière doch te Jarzay.
Tot 8 uur wordt dus het oostelijk programma geregeld
afgewerkt. Na dat uur evenwel verandert over het geheele
front de toestand. Krachtig gesteund door hare artillerie en
de korpsartillerie deboucheert de 20e. divisie (Xe. korps)
uit het rayon Moncontour en zet zich vast op de hoogten
ten O. daarvan. Het 2e. Regiment dringt door tot Martaizé,
waaruit het de Chasseurs verjaagt; tegen 10 uur v.m. worden
de Kolonialen terug geworpen op St. Clair, dat zij echter
weten te behouden.
In het centrum komt de 9e, Divisie, die ondertusschen bij
Marnes en Chartres de Dive bereikt had in contact met de
38e. brigade van de 19e. Divisie (Xe. korps), die, oorspron
kelijk ten N. van de 20e. Divisie opgesteld, opdracht had
295
