van Japan in 1912. [April 1913.
schouders vierkant in front behooren te zijn. Dit weid ge
weten aan het veelvuldig rechts richtenindien even dikwijls
links als rechts gericht werd, zou het niet voorkomen.
Vele soldaten hadden bij de houding met geweer bij den
voet de vingers niet aaneengesloten, hoewel zulks door het
reglement verlangd wordt.
Van één soldaat bleek de houding zeer slecht te zijn: het
hoofd stond niet recht op de schouders en het bovenlichaam
stond niet recht op de beenen. De inspecteur vroeg den com
pagniescommandant en den officier belast met de afiichting
der recruten, of bij de africhting van den raad van den officier
van gezondheid gebruik was gemaakt. Uit het antwoord
bleek, dat men alleen door gymnastische bewegingen getracht
had zelfstandig het kwaad te verhelpen. De inspecteur was
van oordeel, dat in dergelijke gevallen de voorlichting van
een deskundige als de officier van gezondheid moest worden
gevraagd, ook al had de officier met de africhting belast eenige
kennis van de physiologie. Officieren van gezondheid, die bij
oefeningen aanwezig zijn, moeten niet alleen op den gezondheids
toestand, maar ook op de houding van de manschappen letten.
In het bijzonder lette de inspecteur op de houding na het
uitvoeren van verschillende bewegingen. Het bleek, dat zij dan
veel te wenschen overliet en aanmerkelijk verschilde van de
houding bij het begin van de inspectie. Dit was een bewijs,
dat er nog veelaan de geoefendheid in de bewegingen ontbrak.
3. De zoendingen rechts (links) omhalfrechts (dnks) om en
rechtsomkeert.
Bij deze bewegingen lette de inspecteur hoofdzakelijk op
de grootte van de wending, de houding na de volbrachte
wending, vooral op de plaatsing van de voeten, of de man
de wending uitvoerde door op den linkerhiel te diaaien, het
medegaan van het bovenlichaam met de wending en op het
houden van het geweer gedurende de wending.
Bij de wending rechtsomkeert lette de inspecteur op het
afzetten van den rechtervoet en het lichaam.
333-