April 1913.] De Fraïtsche Legermanoeuvres. cavalerie te steunen wordt een bataljon (68e Inf. IXe korps) op vrachtautomobielen naar Dangé vervoerd. Oost-partij Dit Leger bevond zich gedeeltelijk op den rechter- (reserve en 9e div.), gedeeltelijk (tijdel. div. en 7e cav. div.) op den linker-oever van de Vienne en op zeer groote afstanden van elkaar. Den vijand moet ingevolge de opdracht weerstand worden geboden. Daartoe beveelt de commandant van Oost: De reserve-divisie blijft bij St Maure en bewaakt de rivier van L'Ile Bouchard tot La Haye Descartes, de brug bij L'Ile Bouchard is vernield (1) (met toestemming van den opperbevel hebber van Oost als zoodanig fungeert de Leider der manoeu vre); bij Crouzilles (1 K.M. R.O. van L'Ile Bouchard) zal een regiment Infanterie zich krachtig versterken. In het midden van het haar toegewezen vak zal de reser ve-divisie op den weg Pouzay-Richelieu nabij Rilly een deta chement bestaande uit de 3 wapens (1 Regt. Inf. 1 afdeeling Artillerie en 2 eskadrons Cavalerie) plaatsen om de brug bij Pouzay open te houden en om den vijand den overtocht over de beek van Bourouge (bij Chezelles, Yerneuil en Luze) te bemoeilijken. Op den linkervleugel van deze divisie zullen afdeelingen ter sterkte van 1 bataljon vooruitgeschoven worden naar Port de Piles' en La Haye Descartes om de bruggen over de Creuse vast te houden. De 9e divisie zal zich verplaatsen van Montbazon naarSt. Catherine de Fierbois (6 K. M. ST. van St. Maure). De tijdelijke divisie (Ch. en Kol.) zal zich in 2 colonnes in N. O. richting terug trekken: de Koloniale brigade over Jaulnay naar Dange'; de brigade Chasseurs over Razines er Braslon naar Port de Piles. 384 (1) Ook de brug bij Chinon droeg een bordje »dêtruit", hoewel wij da! nergens in de verslagen vermeld vonden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 66