De Fransche Legermanoeuvres. [April 1913.
Na een vuurgevecht, dat van beide zijden met nadruk werd
gevoerd, worden plotseli ng de brug en de dij k van toeschouwers,
autos,' rijtuigen enz. gezuiverd en nadert in vluggen pas eene
stormcolonne, ter 3terkte van ongeveer comp., die door-
dringt over de brug (deze was gebarricadeerd en nog
geen enkele man van West was aan de brug geweest), spoedig
gevolgd door meerdere kleine afdeelingen. Met een luid hoerah
stormt alles voorwaarts en hoewel het élan van deze troepen
na eenige uren (18 K.M.) marcheeren bewonderd mag
worden, kwam het geheel ons toch al zeer onmogelijk voor
en deed dus denken aan de stormcolonnes van Napoleon op
de brug bij A.rcola. Vaneen vuuroverwicht van de W. troepen
was geen sprake; aan de zijde van den verdediger brak op het
zien der stormcolonnes een oorverdoovend snelvuur
van geweren en mitrailleurs los, terwijl de doffe knallen, die
daar tusschen gehoord werden, moesten aangeven dat de
brug onder het vuur der lichte belegeringsartillerie was. Be
denkt men verder, dat aan de zijde der aanvallers nog geen
artillerie was in stelling gebracht en dat de divisie nog op
éen uur afstand was, dan mag het zeker zeer juist genoemd
worden, dat de W. troepen, hoewel zij zich al in den N. O.
rand van Pouzay meenden genesteld te hebben, door arbitrale
uitspraak weder worden teruggezonden en dat de brug weder in
handen komt van de Oostelijke troepen. Als gevolg van een en
ander treedt op dit gedeelte van het slagveld eene pauze in.
Aangezien niets ons hier meer bond, begaven we ons naar
Nouatre en konden door een order, door een der scheidsrechters
aan zijn ordonnans gegeven, vernemen, dat het nu interessant
zou worden bij Noyers. Al spoedig merkten we, dat we op
het goede punt waren, want daar aangekomen zagen we, dat
de 19e divisie bezig was bij Marcilly troepen over de rivier
te zetten middels gekoppelde pontons. In de meest volmaakte
orde werden de troepen daar overgezet (per gekoppelde ponton
60 man) en werden onmiddellijk afdeelingen vooruit ge
zonden om den verderen overgang te dekken en om bezit te
nemen van het bij Nouatre aanwezige pontveer.
391