April 1913 De Fransche Legeriianoeüvres.
dient verder tot vervoer van de mécaniciens. De aanhang
wagen is op de wijze van affuit en caisson met de auto
verbonden. Auto en aanhangwagen, te zamen een vrij groot
gevaarte, zagen we meermalen zich met zeer groote snelheid
bewegen.
Iedere escadrille beschikte over 3 camions eén per 2
toestellen met het materiëel voor groote reparatiën, een
vervoerbaar atelier (op een camions aangebracht), een auto
mobiel ten gebruike van den escadrille-commandant en een
motorrijwiel.
Op deze wijze uitgerust, is de escadrille geheel onafhankelijk
en kan zij zich gemakkelijk verplaatsen en is dus niet gebon
den aan een bepaald park.
De monoplanes zijn het gemakkelijkst te demonteeren, men
neemt de vleugels af en plaatst daarna het geheel op den
aanhangwagen. In het park bedekt men den motor en de
schroef met zeilen en bevestigt het toestel aan piketten.
Omtrent het gebruik dient vermeld, dat bepaald was—om
den oorlogstoestand zooveel mogelijk nabij te komen dat
een vlieger, genoodzaakt om tusschen de tegenpartij te landen,
voor 24 uur geneutraliseerd zou worden.
Het terrein, waarboven gevlogen zou worden, was niet
gunstig, daar het bezaaid was met bosschen, heggen en
bewoonde oorden, omgeven door ringmuren (deze waren meestal
uit ruw gehouwen steenen opgezeten veelal van manshoogte).
De officieren-vliegers en waarnemers zelf achtten hun
taak vrij lastig. Toch hebben zij, zooals in het verslag ver
meld, succes gehad en waren beide partij-commandanten over
hunne verrichtingen tevreden.
De Generaal Galliéni moet o a. tegen zijn chef van den
vliegdienst hebben gezegd:
„C'est trés bien, vos aviateurs m'ont fourni de précieux
„renseignements. Tout a marché militairement. Je suis
„content".
De dienst was als volgt geregeld Bij toerbeurt vertrokken
de aéroplanes, bij terugkeer stelde de waarnemer zijn rapport
402