□ededeelingen betreffende het £2^^ Indisch heger Oprichting Dan eene depót-compagnie bij het korps Genietroepen. Verbetering nan de positie der geniemerklieden en der teekenaars nan de Genie. Verhooging Dan de traktementen Dan de kapiteins, majoors en luitenant-kolonels der Genie. Het gemis van eene depot-compagnie in de organisatie van de Ge nietroepen werd reeds lang gevoeld. Thans is voorgesteld om een depót-compagnie in de formatie op te nemen, en het vaste personeel daarbij vast te stellen op Kapitein, 3. Luitenants (onderluitenants), 1. Sergeant-majoor-instructeur, 1. Eur. sergeant, onder-instruetenr, 1. Inl. sergeant, onder-instructeur, 1. Sergeant-majoor-administrateur, 1. Eur. fourier, 6. Eur. sergeanten, S. Eur. korporaals, 2. Inl. sergeanten, 8. Inl. korporaals, 1. Inl. tamboer, 1. Inl. hoornblazer, 7. Inl. geniesoldaten le kl. en 13. Inl. geniesoldaten 2e kl. Voor de geregelde aanvulling zal moeten worden gerekend op eene sterkte aan reeruten van 92 Europeanèn en 63 Inlanders. Voorgesteld is de sterkte van het korps geniewerklieden terug te brengen van 220 op 150 man. Daar voortaan aan de bekwaamheid dier werklieden hoogere eischen zullen worden gesteld, is tevens voor gesteld hunne positie te verbeteren, door hen, bij gebleken geschikt heid en goed gedrag, op vaste tijdstippen te bevorderen tot en met den rang van sergeant. Ook aan de teekenaars van het wapen der Genie zullen gelijke vooruit zichten op bevordering worden geopend tot en met den rang van sergeant. In het belang van de aanstelling van het korps genie-officieren is gelijkstelling voorgesteld van de traktementen van de kapiteins, majoors en luitenant-kolonels der genie, met die van hunne ranggenooten der Intendance. ten behoeve van de kader- en korpsschool. 541

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 111