om do daarin ontwikkelde denkbeelden omtrent het schieten
en de schietopleidiog zoo spoedig mogelijk bij de pas opge
richte Mitrailleur-Compagnieën te doen aanvaarden. Daarom
was het ons zoo zeer welkom, toen wij in het zoo juist
verschenen werk van den Majoor A. Fleck: „Maschiuen-
gewehre, ihre Technik und Tactik, neueste Foitschritte-
Berlin 1913", op blz. 53 de volgende zinsneden aantroffen:
„Durch die Erkenntnis der Tiefenstreuung hat das Masehi-
nengewehrfeuer erst sein früheres hasurdcirtiges Wesen vei-
loren, sodasz mit einem ziemlich gewissen Prozentsatze von
Treffern gerechnet werden kann.
Zur naheren Beleuchtung dieses Fortschritts sei hier das
altere und das neue deutsche Schieszverfahren kurz gestreift.
Na in het kort te hebben aangegeven, dat de door de in
Duitschland nieuw opgerichte Mitrailleur-Compagnieën te volgen
vuurtactiek in vele opzichten afwijkt van die der Mitrailleur-
Afdeelingen, daar zij in veel nauwer verband met de Infanterie
strijden dan deze, vervolgt Steller op blz. 54„Es muszte des-
halb ein Schieszverfahren gefunden werden, das unter bewuster
Yerzichtleistung auf die erreichbare Höchstleistung in der
Mehrzahl aller Falie Wirkung gewahrleistete. ,,Diese oicher-
heit der Wirkung wurde erreicht durch.planmasziges Vergrös-
zern des vom Feuer bedeckten Raumes. ohne hierbei die Mü-
glichkeit der Yerkleinerung dieses Raumes aus der Hand zu
geben".
Vervolgens wordt er op gewezen, dat reeds het vorige
schietvoorschrift de noodzakelijkheid van het onder vuur
nemen eener diepe terreinstrook erkende, en daarom net
aanwenden van 2 of 3 vizieren met gelijktijdige toepassing van
100 M. dieptespreiding aanbeval, of van 5 opvolgende vizieren
met 50 M. dieptespreiding. Het vuren met meerdere vizieren
leverde echter nog geen trefzekerheid, terwijl door eene sectie
van 2 mitrailleurs natuurlijk ook met niet meer dan 2 vizieren
gevuurd kan worden. Bovendien is bij gunstige waarneming
niet uit te maken, welk vizier uitwerking heeft opgeleverd,
zoodat correctie van het vuur uitgesloten blijft. Deze fouten
601
VOOR DE MITRAILLEURCOMPAGNIEËN. [Juili 1913.