Juni 1913.] Het schieten met een zijpost b/d vesting-art. De 15R. wordt bij den tweeden vuurmond niet overgeno men als zijnde eene normale afwijking bij een minschot en een linkerzij post, en aangezien de C.D.100 slechts dient om, na de schoten eenmaal in of nabij de waarnemingslijn geplaatst te hebben, ze bij vooruit- of teruggaan hierin te doen blijven, is deze corr. ook niet noodig. Door het voor uitgaan alleen komt het volgend schot vanzelf dichtbij of in de waarnemingslijn. Tweede vuurmond vuurt. Het schot valt: zie staatje. Het schot valt. 3 R. 3 L. 3 L of R. Gegevens voor het 3de schot, te doen met het eerste stuk 100 M' vooruit. Richtvlakstand vorige richt vlakstand -f-al- gebr.som van de correctie voor het eerste schot en 2 maal de C. D.100, 50 M' terug. Richtvlakstand vorige richt vlakstand al- gebr. som van de correctie voor het eerste schot en de C. D. 50. Elevatie blijft- Richtvlakstand vorige richt vlakstand -f-al- gebr. som van de correctie voor het eerste schot en de C. D. loo. Dit staatje voor den tweeden vuurmond nader beschouwend, rijst wellicht de vraag of dit schot niet b. v. min en 10 L., of plus en 8 R., dus in het algemeen abnormaal kan vallen. Het antwoord hierop zal als regel neen luiden, want de oorzaken voor zoo'n abnormaal schot kunnen slechts zijn: 1. Een fout in den richtvlakstand in het vuurbevei. 2. Een richtfout bij het desbetreffend stuk. 3. Een z. g. Ausreiszer. ad 3. komt bij ons tegenwoordig geschut zoo zelden voor, dat deze oorzaak verder buiten beschouwing kan blijven. 618

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 198