Mei 1918.] Het schieten met den mitbailleur
eenen mitrailleur der sectie in de breedte en door den anderen
in de diepte te doen spreidenen vindt hij voor zijne opvatting
steun in het Nederlandsche Reglement Mitrailleurs M. 08,
ontwerp 1909, doch de vorm van den bundel, die daardoor
ontstaat, is eene geheel andere dan die, welke in het leven
geroepen wordt, door de beide verrichtingen door denzelfden
mitrailleur te doen plaats hebben.
Ook spreekt de heer Dessauvagie zich uit tegen het,, strooi-
vuur" op groote afstanden!
Wij zullen trachten aan te toonen, dat het geheel onafhanke
lijk is van het juiste oordeel van den vuurleider, of al dan niet
gelijktijdig moet worden breed- en diepgespreid, door na te gaan
welke omstandigheden dwingen tot deze verrichtingen en
hoe zij technisch moeten worden uitgevoerd.
fl. Bei spreiden in de breedte.
Volgens het Oostenrijksche schietvoorschrift, hetwelk
eveneens betrekking heeft op den mitrailleur Schwarzlose,
is de B, S.50 op 100,200, 300, 400 en 500 M. resp, 5.8, 10.6, 16,
21.6 en 26.6 c.M. Het spreekt van zelf, dat bij eene zoo
geringe breedtespreiding van het wapen er een middel moet
bestaan, om het vuur op regelmatige wijze over de
breedte van het doel te kunnen verdeelen. Zulks wordt bereikt,
door gedurende het vuren den mitrailleur langs de glijbaan
te bewegen.
Omtrent de wijze, waarop dit spreiden moet plaats hebben,
zegt het Duitsche schietvoorschrift niets anders, dan dat het
langzaam en gelijkmatig geschieden moet.
Toch kan eene nauwkeurigere aanwijzing voor de verdeeling
van het vuur in breedterichting o. i. niet gemist worden. Is
het doel b. v eene infanterie-tirailleurlinie, dan is het wensche-
lijk, dat op alle afstanden op eiken 1/2 M. doelbreedte ook
1 treffer kan worden gebracht.
Er bestaat verband tusschen de beweging van den mitrail
leur langs de glijbaan, den afstand, waarop gevuurd wordt en
de doelbreedte, die in een bepaalden tijd doorloopen kan worden.
472