Vereenvoudiging van de compagniesadministratie [Mei 1913.
dagelijksche sterkte enz. (Model le. van het Administratieboek).
Op een afschrift dezer aanteekening betaalt de kwartiermees
ter de uitgegeven gelden terug; alleen deze laatste berekening
wordt geverifieerd.
De afrekening aan den voet van deze aanteekening bevat
ongeveer dezelfde gegevens als die in de recapitulatie van het
uitbetalingsboek voorkomen, zoodat met een kleine uitbreiding
van dit laatste (o. a. met kolommen voor aantallen rations
vivre3, of zooals later nader zal worden toegelicht de bedra
gen voor voedingstoelagen) daaruit alles gehaald kan worden.
Wellicht dat de graadsgewijze en numerieke berekening
gemakkelijker is voor de klassificatie der uitgaven naar de
verschillende artikelen van de begrooting. Ik kan dit niet
beoordeelen, maar zeer zeker geloof ik, dat in dat geval den
compagniescommandanten werk is opgedragen, dat door het
dienstvak der Mil: administratie behoort te geschieden. Het
verantwoorden toch der uitgegeven bedragen naar het artikel
ten laste waarvan zij komen, is het werk van den officier
van administratie en niet dat van den troepenofficier.
De moderne kantoorinrichtingen geven ons het middel aan
de hand om het schrijfwerk te verminderen. Het is zeer een
voudig van elke bladzijde uit het uitbetalingsboek eene copie
te maken, hetzij door gebruik van copieerinkt, dan wel van
carboDpapier. Deze copieën kunnen dan treden in de plaats
van de 10 daagsche afrekeningen en model le. uit het admi
nistratieboek kan vervallen, waardoor den comp. conidt. veel
werk wordt bespaard.
De in Art. 31 der Instructie genoemde indemniteiten,
welke mede bij de 10 daagsche afrekeningen in uitgaaf worden
gesteld, leveren geen moeite op; evenals deze op de aantooning
staan, kunnen ze op de recapitulatie van het uitbetalingsboek
worden gebracht. Ook contante stortingen leveren in dit
opzicht geen bezwaar.
ad 2De voeding van de militairen der compagnieën geschiedt
volgens een eigenaardig tweeslachtig systeem. Een deel toch
van de beschikbare middelen wordt van G-ouvernements-
495
I. M. T. 1913. 33.