Juli 1913.] De toepassing van het velddienstvoorschrift. Onwillekeurig ben ik vervallen in critiek op de door E gegeven bevelen. Men zie hierin echter vooral niet een ge ringschatting van E 's arbeid, waarvan zeer zeker kan worden gezegd, dat hij voorziet in een algemeen gevoelde behoefte. Ik achtte het evenwel noodig aan te toonen, dat, indien men wegens gebrek aan tijd van den in ons voorschrift aangegeven weg moet afwijken, om althans reeds spoedig het noodige te kunnen regelen, zulks nooit mag geschieden ten koste van de duidelijkheid. De hoofdzaak is, dat ieder zoo spoedig mogelijk wete, wat hem te doen staat. Zijn de omstandigheden van dieD aard, dat het volgen van den in het voorschrift aangegeven weg, die natuurlijk alleen rekening kan houden met normale ge vallen, de spoedige uitvoering van de noodig geachte maat regelen zou belemmeren, dan wordt toch in den geest van het voorschrift gehandeld, wanneer die weg wordt bekort; want het aangeven van dien weg had beslist ten doel de spoedige uitvoering van noodige maatregelen te bevorderen en mag dus nooit aanleiding geven tot vertraging. X. naschrift. Naar aanleiding van X's opmerkingen over de tactische oefening 5 en 6 in dit tijdschrift meen ik het volgende in het midden te mogen brengen: Het verdient m. i. steeds aanbeveling zij het ook zeer globaal aan te geven, waar de A. B. de lijn van weerstand van de voorposten wenscht. Aangezien de Voorp. Detn de hoofdelementen der beveiliging vormen (V. V. 108) kon dus de bedoeling van p. 3 van het legeringsbevel (blz. 1261) slechts zijn, aan te geven, dat de Yoorp. Detn ongeveer in de lijn G. Kate G. Gadoeng Pr Papak moesten worden geplaatst. Waarom de Yooip. Ct meende zich niet letterlijk hieraan te moeten houden, werd op blz. 84 (Afl. Januari) verklaard. De beide sectiën, waarvan de standplaatsen in p. 3 in het bijzonder zijn aangegeven, zijn volgens Y. Y. 92 (2) veldwachten, 708

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 42