Over Mitrailleurs en Mitraillisten. [Juli 1913.
Voorop zij gesteld, dat algemeen de wensch bestaat om
onze taal aan te leeren.
Elk bataljon infanterie heeft ten behoeve van het onder
wijs volgens tarief aanspraak op f 70.per jaar- "Wanneer
nu ook naar elke Mitrailleur-Compagnie (er zijn er maar vier,
dus dat kan toch niet onoverkomelijk zijn) een zeker be
drag, bijv. f 30.— per jaar werd te goed gedaan, dan zou
het geld voor de noodige leermiddelen, voor verlichting, enz.
aanwezig zijn en zouden de verschillende theorieën tevens
beter tot hun recht kunnen komen.
Zooals bekend is, kan de losse patroon No. 1 bij den
mitrailleur M. 12 niet gebruikt worden, omdat bij het vuren
haperingen en beschadigingen aan de slotdeelen ontstaan.
Zoolang nog geen geschikte losse patronen kunnen worden
verstrekt, mogen de mitrailleurs bij manoeuvres en gecom
bineerde oefeningen geen vuur afgeven, zoodat dan ook als
vanzelf de behoefte ontstaat, om aan dit euvel zooveel moge
lijk tegemoet te komen door het vuur op de eene of andere
wijze te markeeren.
Zoo geschiedde bij de in Juni j.l. gehouden manoeuvres
der 4e Brigade het aanduiden van het mitrailleur-vuur door
het opsteken van een zwarte vlag. De ondervinding leerde,
dat deze methode niet voldeed. Het gebeurde eenmaal, dat
vijandelijke afdeelingen zich tot op zeer korten afstand van
de vurende mitrailleurs verplaatsten, zonder dat zij, terwijl
de zwarte vlag was opgestoken, daarvan eenig vermoeden
hadden en eerst tot die wetenschap kwamen, nadat door een
scheidsrechter mededeeling was gedaan, dat zij onder mitrail-
leurvuur waren.
In werkelijkheid zou het eigenaardig geknetter de aanwe
zigheid van die „duivelsgieters" dadelijk hebben aangeduid.
Een ander nadeel van de vlaggemethode is, dat de stand
plaats der mitrailleurs, hoe goed overigens in het terrein ver
borgen, soms daardoor kan worden verraden. De karakteris
tieke eigenschap der mitrailleurs, kleine, moelijk waar te ne
men doelen aan den vijand te bieden wij hebben hier voor-
717