andere zijpatrouille vooruitgaande om, zoodat in alle geval
len dadelijk patrouilles tegen 's vijands flank worden gediri
geerd. Is het noodig, dat het gros den raarschweg verlaat,
dan zal tijdelijk eene patrouille op den marschweg achter
gelaten worden (67(4)).
Bij ontmoetingen in de marschrichting, waarbij dus de in
fanterie van de voorhoede spoedig in actie zal komen, wijkt
het gros onder zijn Commandant uit naar den meest bedreig
den vleugel, d. i. die vleugel, waar de vijand de flank dei-
voorhoede gedekt zou kunnen naderen en omvatten. Is het
terrein open, dan begeeft het gros zich naar een kampoDg-
rand of hoogterug voor- en zijwaarts van het opstellingspunt
der voorhoede gelegen, teneinde van daaruit een blik te krij
gen op 's vijands opmarsch c. q. ontplooiing en omvattingen
intijds te melden.
Als het gros zich zijwaarts heeft verplaatst en de pa
trouilles hare verkennings opdracht hebben gekregen, is het
momeDt daar, waarop de Comdt. der voorhoedecavalerie zich
in verbinding stelt met zijn chef, den voorhoedecommandant,
om hem op de hoogte te brengen van de reeds genomen
verkenningsmaatregelen en orders te vragen, in verband met
het plan van aanval van de voorhoede.
Blijven die orders uitdan zal de Comdt. der voorhoedecava
lerie maatregelen nemen om op de hoogte te blijven van het ge
vecht en stééds door alles in het werk te stellen om sterkte en ont
wikkeling sbreedte van den vijand vast te stellen. De patrouille,
die op den minst bedreigden vleugel vanzelf is achtergelaten,
handelt zelfstandig in denzelfden geest.
Vooral moet getracht worden het oprijden of in stelling
komen van de vijandelijke artillerie waar te nemen, waarvoor
bij een ontmoetingsgevecht nogal eenige kans van slagen
bestaat. Alle gegevens, die in den loop van het inleidend
gevecht binnenkomen, worden onmiddelijk aan den voorhoede
commandant bericht. Voor de verdere werkzaamheid van
de cavalerie gedurende het gevecht geeft de Gevechtshandlei
ding in punt 58 en 59 voldoende aanwijzingen.
788
Aug. 1913] HET GEBRUIK VAN ONZE CaV.B/D VEILIGHEIDSTROEPEN.
