Aug. 1913.] Vooruitgeschoven posten en stellingen.
clusie, die we eens in het Mil. Wochenblatt aantroffen, nl.,
dctsz die Frage der Vorfeldstellungen eine Gelandefrage isf\
tenminste wanneer onder „Vorfeldstellungen" hier begrepen
wordt vooruitgeschoven posten.
De hoofdtaak der vooruitgeschoven posten is dus den vijand
te beletten, de stelling ongehinderd, te dicht te naderen. Zij
moeten dus daar aangelegd worden, waar zij die taak het best
kunnen vervullen.
De aangewezen plaatsen voor het inrichten van vooruitge
schoven posten zijn daarom hoogten, kampongs, soms Inland-
sche of Chineesche begraafplaatsen, landhuizen met hunne
omgeviDg en al dergelijke terreinvoorwerpen en terreindeelen,
die het vuur en het uitzicht uit de verdedigende stelling
belemmeren en bovendien met beperkte hulpmiddelen en in
korten tijd in staat van verdediging gebracht kunnen worden.
Bij het bepalen van de lijn van weerstand van de verde
digende stelling zal dus ook moeten nagegaan worden of de
hinderende terreinvoorwerpen in het schootsveld tot voor
uitgeschoven posten kunnen omgewerkt worden. Is dat niet
mogelijk en liggen die terreinvoorwerpen te dicht op de
verdedigende stelling, dan wordt die stelling te ongunstig
en zal men beter doen een andere lijn van weerstand te kie
zen. door bijv. dergelijke terreinvoorwerpen in de stelling
op te nemen.
Tevens moet daarbij in aanmerking worden genomen, dat
kampongs en boschgedeelten van niet te grooten omvang en
diepte bij voldoenden tijd opgeruimd en tot natuurlijke verhak-
kingen omgewerkt kunnen worden.
Uit de def'initie, die we gaven van vooruitgeschoven posten,
bleek reeds, dat deze ten allen tijde moeten kunnen rekenen
op steun van uit de verdedigende stelling, steun door vuur
wel te verstaan, maar dan ook in den uitgebreidsten zin van
het woord, dus zoowel infanterie- en mitrailleurvuur, als artil
lerievuur.
Zonder dezen steun zal de waarde der vooruitgeschoven
posten belangrijk verminderen en zal de bezetting maar al
802