De gevechten bij Sandepu. [Sept. 1913. depu op te rukken. Daar het haar niet gelukte den weer stand van Sandepu te breken, werd haar tegen den middag de le brigade van de le Oost-Siberische Scherpschutters divisie van het le Sib. korps ter versterking gezonden, met de opdracht: den aanval van de 14e Divisie uit het N.W., te steunen, door uit het zuiden tegen Sandepu op te rukken. Bij Malandian aangekomen, was 't haar (le brig.) echter onmo gelijk aan die opdracht te voldoen, daar zij front moest maken naar de tegen Tsintsanhetsy oprukkende Japanners. Deze brigade werd zelfs genoodzaakt verdedigend op te treden tegen de hier zeer krachtig optredende Japanners. Toen Grippenberg de berichten omtrent den langzamen voortgang van dezen aanval kreeg, gaf hij aan de 2e brigade J) van het gecombineerde Scherpschutterskorps bevel tusschen de 14e Divisie en de le Brigade le O.S.S. Divisie op teruk ken; tegelijkertijd liet hij de le brigade van het Gecombi neerde Scherpsch. Korps oprukken van Dawanganpu naar Tschantan. Grippenberg liet de 2e brigade tusschen de andere troepen in plaats nemen, omdat hij daar de Japanners ook versterking kregen—bang was voor eene doorbreking op dit punt van het Russische front. De Japansche 8e Divisie, die over Landungou ter ondersteu ning van den linkervleugel van Okoe's Leger oprukte en den 26en v.m. bij Tatai en Sumapu aankwam (in de Japansche berichten wordt over deze troepen gesproken als de Hokoetai-groep) trad dadelijk energiek tegen het le Sib. Legerkorps op, om dit daardoor te dwingen eene verdedigende houding in zijne stel lingen bij Hokoetai aan te nemen. We zullen echter zien dat dit niet gelukte. De Commandant van het le Sib. korps (Stackelberg) had aan de 2e brigade der leO. S. S. divisie de opdracht gegeven zich meester te maken van Paotsao, Gutschentsy en Tatai; 877 1) Volgens Jahrbücher Febr. 1906 bl. 192 en 195 is dit niet de geheele 2e brig, geweest, daar het 7e Regt. dien dag op den rechter Hoenho-oever bleef en niet deelgenomen heeft aan de gevechten van dien dag. Het Russ. Gen. Stafwerk spreekt echter weer van de geheele 2e brigade.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 23