Het gebruik van onzeCav.b/d veiligheidstroepen. [Sept. 1913. dadig achtervolgt, bij de achterhoede behoort te worden in gedeeld, daar uit het bovenstaande blijkt, dat zij herhaalde lijk handelend, en wel zoo goed te paard als te voet, zal moe ten optreden. [V. V. 74 (1), 75 (2); G. H. 106 (2) en (3)]. Teneinde de werkzaamheid van de achterhoede-cavalerie nader te kunnen beschouwen, zullen we de terugtochtsmar- schen verdeelen in a. vrijwillige terugtochtsmarschen, waarbij nog geen aan raking met de vijandelijke infanterie werd verkregen b. zulke, waarbij na het inleidend gevecht tot den terug tocht woidt besloten; en c. gedwongen terugtochtsmarschen. a. Veronderstellen we, dat de terugtocht wordt aanvaard de reden waarom kan hier buiten beschouwing blijven wan neer nog geen gevecht heeft plaats gehad, dus met een ge heel intacte troepenmacht. Is geen ophelderende Cavalerie in de richting van den vijand vooruitgeschoven geweest, dan begint de Colonne Commandant f1) met een ophelderingspatrouille achteruit te zenden naar een belangrijk punt (brug, wegen- knoop), 8 10 K.M. terug gelegen en met opdracht daar tot het uur van afmarsch van de Hoofdmacht te blijven en daarna aan te sluiten bij de achterhoedecavalerie. De rest van die cavalerie splitst zich in grosachterspits en linker en rechter- zij patrouille, op overeenkomstige wijze als dit voor de voor- hoedecavalerie werd aangegeven. Het gros zorgt I a 2 K.M. achter den achtertroep van de achterhoede te staan, als de Hoofdmacht haren marsch zal aanvangen, met achterspits in gezichtsverband achteruitgeschoven en de zij patrouilles op we gen (zij het dan ook secundaire), die een voorbijmarcheeren van de eigen colonne door vijandelijke cavalerie af deelingen 909 1 Ook in het vorige Hoofdstuk over de voorlioedeeavalerie zal het opge vallen zijn, dat ik met voorliefde den naam 'Colonne Comdt" bezig instede van Algemeene Bevelhebber". Evenals de Kapitein Luchsinger ben ik beducht, dat de weidsclie titel A- B. bij troepenmachten van geringe sterkte aanleiding zal geven tot verwarring, terwijl de naam Colonne Comdt duidelijk is en in de practijk van ons Leger een goeden klank heeft gekregen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 55