Gemeerschermen.
Een hulpmiddel ten behoeue der legering en
Derpleging nan troepen.
Korte Mededeelingen. [Sept. 1913.
bereiden voor een beroep, dat zij na ommekomst van hun diensttijd
■svillen uitoefenen.
Aan bet in „de Schermsport" van Mei, Juni 1913 opgenomen verslag
over internationale militaire schermwedstrijden te Parijs, ingezonden
door den lsten Luit. der Art. A. E. W. de Jong als captain der
Nederlandsche equipe, ontleenen wij het volgende fragment:
Getveerschermen. Buitengewoon interessant en waard om onder de
aandacht van onze legerautoriteiten te worden gebracht, is het ge-
weerschermen, zooals dit thans wordt beoefend in het Franscbe leger.
Men beoefent daar het geweerscliermen als duelwapen, één treffer,
het gebeele lichaam geldig. Het is eene oefening in het werkelijke
handgemeen.
Twee groepen, gekleed in veldtenue, bewapend met modelgeweer,
waarop eene inschuifbare bajonet is aangebracht, bekampen elkander:
a. individueel; b. groep tegen groep.
a. Van iedere groep komt 1 man voorwaarts en trachten de te
genstanders elkander te raken. De verschillende kampers zijn of met
geweer óf met sabel gewapend; men heeft dus óf sabel tegen ge
weer óf sabel tegen sabel of geweer tegen geweer.
Die geraakt wordt, valt af; een andere uit zijne groep valt in.
De groep die ten slotte is afgevallen verliest.
b. Twee groepen van 4 man met geweer bewapend en 1 comman
dant met sabel attaqueeren elkander. Men mag gezamenlijk één man
attaqueeren. Wie geraakt wordt, moet zich laten vallen.
De groep, die nog ongeraakten heeft, overwint.
Daarna komen twee groepen te hulp en wordt het gevecht vervolgd.
Vooral uit het oogpunt van rust, inzicht wat te doen, koelbloedig
heid en durf is deze oefening schitterend. Daar er wel eens harde
klappen vielen, wordt het moreel ook goed geoefend.
(w. g.) A. E. W. de Joxa.
Bij de binnendiensten zij bovenstaande metbode ter beoefening aan
bevolen; wellicht dat de fuseliers meer ambitie hierin zullen toonen
dan in de gewone oefeningen zonder tegenpartij. Red.
In de Augustus aflevering van dit tijdschrift blz. 806 e. v. doet X. Y. Z.
een middel aan de hand, opdat de desahoofden „door een oordeel
kundige arbeidsverdeeling" binnen korten tijd in het bezit zijn van
kaarten en staten, die gegevens bevatten van belang voor de legering
en verpleging van troepen.
Omtrent de wijze, waarop die oordeelkundige arbeidsindeeling zal
moeten plaats hebben, vermeldt S. niets; uit de staatjes meen ik te
moeten opmaken, dat S. de te verrichten werkzaamheden meent te
1) En in het Nederlandsche leger.
Red.
I. M. T. 1913 64. 95 3