Oct. 1913]. Het gebruik vau onze Cav. b/d veiligheidstsoepen. zoeken. Op een gegeven oogenblik krijgt hij voeling en tevens den indruk, dat het vijandelijke eskadron in het kampong complex tusschen Bandjaran poetjong 1 en 2 den marsch heeft gestaakt en zich in alle richtingen beveiligt. Hij gaat dan voorzichtig achteruit en zoekt een geschikt punt, vanwaar- uit hij den terugtochtsweg d. i. het paardepad over hoogtepunt 10 kan waarnemen. Ordonnansen, die hij langs dat pad ziet terugrijden, laat hij eerst voorbijgaan en daarna door een pa trouille op snelle paarden nazetten. Zoo mogelijk schiet hij ze neer. Gaat het eskadron na geruimen tijd op Sindangkarsa 2 terug, dan volgt hij het zoo gedekt mogelijk. Blijft het eskadron ergens in een kampong, dan neemt hij maatrege len, dat het die kampong niet verlaten kan, zonder dat dit hem bericht wordt. Begint nu de duisternis in te vallen, dan zendt hij eene patrouille met een bericht aan den voorpostencom mandant, die meldt, waar het vijandelijke eskadron vermoe delijk vooreerst bivakeeren zal. De voorpostencommandant zal dan beoordeelen, of de afstand niet te groot, het terrein niet te zwaar is, om eene poging te doen, het eskadron gedurende de duisternis door infanterie te laten overvallen. Gedurende den nacht blij ft de voeling bewaard. Wat het zwaar ste is, moet het zwaarste wegen en de voorpostencavalerie zal een nacht doorbrengen, zooals officierspatrouilles, die in aanraking met den vijand zijn; d. w. z. allen (het zijn er niet veel) waken, de commandant zendt manschappen te voet uit, om de wegen of paden te bewaken, die van uit de bivak plaats naar andere kampongs leiden, om, zoo het eskadron zich gedurende den nacht verplaatst, daarvan op de hoog te te worden gesteld het te volgen en aldus bij het aanbre ken van den dag weer opnieuw zijn taak te kunnen hervatten. Wordt de opmarsch van infanterieafdeelingen gesignaleerd, dan zal de commandant der voorpostencavalerie op de flank daarvan trachten mee te komen, gedurende den marsch zoo nauwkeurig mogelijk de sterkte trachten vast te stellen en bij het begin van het gevecht opmarsch en ontwikkeling 996

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 36