Oct. 1913]. Beschouwingen over de bereden-artillerie. naar meer munitie scheppen, maar ook de veranderingen, die de tactiek door de invoering van het snelvuurmaterieel had ondergaan, zouden den honger naar munitie vermeerde ren. De groote drachten, die met het nieuwe geschut bereikt kunnen worden, en de daardoor des te eerder aanvangende infanterieaanval, waren oorzaak, dat de gevechten langer zouden duren, terwijl ook de toename van de uitwerking van het enkele schot, den vijand moest dwingen meerdere dekking te zoeken, waardoor meer munitie werd vereischt tot het bereiken van hetzelfde gevechtsdoel. Wanneer de vijand dekking zoekt tegen gezicht kan het zelfs noodig zijn heele terreinstrooken te bevuren en onveilig te maken, ook terwijl het snelle en daardoor minder juiste inschieten tegen plotseling opkomende en weer verdwijnende doelen oorzaak zal zijn, dat in den kortst mogelijken tijd een maximum hoeveelheid munitie naar de doelen gezonden zal moeten worden. Reeds de Russisch-Japansche oorlog, waarin snelvuurma terieel van veel mindere volmaking, dan nu algemeen is ingevoerd, toepassing vond, heeft geleerd, dat buitengewoon groote hoeveelheden munitie door de snelvurende artillerie worden verbruikt. Bij Liaojan hebben Russische batterijen 3304 en 2600 schoten, dus 413 en 325 schoten per stuk gedaan. Majoor von Tettau zegt in zijn werk „Achtzehn Monate mi't Ruszlands Heeren in der Mandschurei" (deel I blz. 311) omtrent die batterijen ongeveer het volgende: De béide batterijen, zelf geheel gedekt en ingegraven in het dal staande, terwijl de A. C., kolonel Slyussarenko, door optische verbinding van af 800 M. het vuur leidde, namen eerst 24 Japansche kanonnen onder vuur, die hun opstelling door de vlam van de schoten en het opvliegen van stof zoo kenbaar maakten, dat alle stukken te tellen waren. Reeds na 35 minuten was deze afdeeling bijna geheel tot zwijgen gebracht; daarna werd aan één batterij de bewaking van die afdeeling opgedragen, terwijl de andere batterij een tweede Japansche afdeeling onder vuur nam, die ook tot zwijgen werd gebracht, waarna iedere poging om weer het vuur te openen, met snelvuur 1026

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 66