Overzicht van eenige Tijdschriften. [Oct. 1913.
In een paar Wadzijden bespreekt de ie Luit. van Keulen Demarsch-
vorm der infanterie-spits." Een wijziging in het Ned. V. V. aange
bracht, geeft thans aan, dat de intanterie-spits zoo noodig aan beide
zijden van den weg marcheert. Was het zoo noodig, om dat zoo noodig
er bij te zetten, vragen we. (Vgl. ons V.V. punt 67). S. zou wenschen,
dat de commandant der spits zich bij de 2 manschappen bevond, die
op -4- 100 M. worden vooruitgeschoven.
Ook een detail, dat naar onze meening in het V.V. niet behoort te
worden vastgelegd. Marschvorm en optreden van de Spits zijn zoodanig
van oogenblikkelijke omstandigheden afhankelijk, dat elke nadere om
schrijving daarvan achterwege behoort te blijven.
In „Snipperwerk voor eerstbeginnendeu" beschrijft de luit. M. Wa.lt-
heer in het kort het uitwerken van opdrachten, of liever geeft eenige
daarbij in acht te nemen wenken. Leer geen schema's van buiten
voor de samenstelling van bevelen, zoo zegt S en vermeldt dan de
punten van het algemeen schema, zooals het Duitsche V.V. dat aan
geeft, (Zie ons V.V. punt B). Dit zou eigenlijk nog bekort kunnen
worden, meent S.. want er kan worden volstaan met het volgende
„geef mededeelingen omtrent den vijand en aangaande den eigen toe
stand voor zoover dat noodig isgeef aan wat er verlangd wordt en
geef aanwijzingen omtrent de uitvoering."
Wij zien wel kans, om nog meer te bekorten dan S. doet, maar of
in de uit te vaardigen bevelen dan niets zou worden vergeten is iets
anders. S. bedenke, dat geen enkel leger een ideaal korps officieren
en ideaal kader bezit.
Onder „Van vreemde legers" werd in een vorige aflevering van dit
tijdschrift reeds gewag gemaakt van het Fransche Derguesse-projectiel.
Luitenant Oly geeft in zijn artikel „Een nieuw projectiel en nog iets"
daarover een meer uitvoerige beschouwing.
In dit artikel vinden we tevens vermeld, dat in Nederland reeds
proeven werden genomen met de „Müllersche Militar-Fallschirm-
Leuchtrakete. De voorloopige resultaten dier proeven beantwoordden
niet aan de verwachting. (Zie I.M.T. 1913 No. 9.)
Voorts vallen nog te vermelden
„Artikel 7 van de militaire pensioenwetten", door Mr. O. Hovens Greve;
Aanteekeningen betreffende vervoer van militairen", door R. H.
Kroef
„De verpleging van den soldaat in het garnizoen" door Luit. Kwm.
de Roy van Zuydewijn, en
„Indirecte-richting" door luit1. Westerveld.
1053