Oct. 1913.] Nogmaals het I. M. T. veroordeeld.
zou worden verhoogd, doch het kan zijn, dat de opname van
dergelijke stukken voor deze zelf minder geschikt is, doordat
zij in vervolgstukken zouden moeten worden geplaatst, wat
weieens hinderlijk kan zijn, of omdat de reproductie der
bijgevoegde kaarten enz. het niet mogelijk maken.
En in dit opzicht ga ik ten volle met U, geachte redacteur,
mede, waar gij zegt, dat er naast het I. M. T. ruimte is, ja
zelfs behoefte bestaat aan een tijdschrift, dat stukken van
grooteren omvang 100 blz. druks), producten van uitge
breide bronnenstudie enz. zal kunnen publiceeren.
Die taak ligt m. i, geheel op den weg van de Indische
Krijgskundige vereeniging. Door deze te volvoeren zou zij
het I. M. T. ten zeerste kunnen aanvullen op die wijze zou
er samenwerking bestaan tusschen beide organen, wat zeer
ten nutte van het officierskorps zou zijn.
Het spreekt wel vanzelf, dat het hier niet de bedoeling,
noch van U, noch van mij, kan zijn, den nadruk te leggen
op het aantal bladzijdenhet genoemde getal is, zooals ieder
wel begrijpen zal, alleen maar aangegeven om op zeer glo
bale wijze de gedachten uit te drukken. Ik kan mij immers
voorstellen, dat een artikel met veel platen, doch van onge
veer 25 blz. druks, niet geschikt is voor splitsing in stukken,
terwijl een ander stuk van 150 blz. zonder bezwaar in on-
derdeelen verdeeld en geplaatst kan worden in het I.M.T.
Het komt er dan ook meer op aan de bedoeling te begrijpen
en te waardeeren, dan zich precies aan den letter te houden.
Nogmaals, wanneer de Ind. Krijgsk. Vereeniging er toe
over zou kunnen gaan om in dezen geest meer te doen dan
ze nu doet, dan zou ik dat zeer op prijs stellen en met mij,
daar ben ik beslist van overtuigd, de meerderheid van de
Indische officieren.
Zoo wordt de vrede in dat korps bewaard, wat mijns inziens
wel zoo verkieselijk is dan tweespalt te zaaien, zonder dat
er werkelijk aanleiding toe bestaat.
Ik geef de Ind. Krijgsk. Vereeniging derhalve beleefd in
overweging het voorstel van den Heer Sieburgh in dien geest
1072