1137 [Otc. 1913. gen van het te meten driehoeksnet, werd eene basis van 7446.3 Dres dener ellen 4215.4 M.) gemeten op het plateau tusschen Sonnen- stein en de vesting Königstein. De orienteering berust op eene azi- mutbepaliog afgeleid van den mathematischen salon te Dresden in aansluiting aan de Leipziger sterrenwacht (Pleissenburg) Per vierkan te mijl (1 mijl 6580 M.) werden drie driehoekspunten bepaald. De opneming, die aanvankelijk op 125000 plaats had. werd begonnen aan de grens van Bohemen, de kaartbladen vormen z. g. „Quadraat- Meilenblatter"; daar in Saksen eerst in de dertiger jaren van de vo rige eeuw begonnen werd met kadastrale opnemingen, kon voor de samenstelling der topografische kaart geen gebruis: gemaakt worden van opnemingen op grooter schaal. Behoudens eene kleine onderbreking van 1806 '08, werd de op neming ongestoord voortgezet tot 1812; na 1808 werden zij echter uitgevoerd op de kleinere schaal 1: 30 000. Van 1812 tot 1821 stond het werk wegens politieke omstandigheden geheel stil, doch in de jaren 1821 tot 1825 werd de opneming van het laatste gedeelte van het koninkrijk voltooid. Voor de voorstelling van het relief van het terrein vond de methode Lehmann toepassing. [n 1819 werd besloten de resultaten van de opneming openbaar te maken op de schaal 157600 (5 Dresdener duim op de kaart 12000 Dresdener ellen in de natuur). Elk kaartblad, 70 c. M. lang en 59 c. M. breed, omvatte een terreinoppervlak van circa 25 geo- graphische kwadraatmijlen. De reproductie, waarmede in 1821 werd begonnen, had plaats in kopergravure, nadat de bladen vooraf in het terrein waren bijgewerkt. Zoo kwam van 1821 tot 1860 de z. g. Oberreitschetopographische spcciaalkaart van het koninkrijk Saksen op 21 bladen met een titel blad tot stand. Niettegenstaande vele gebreken wordt de kaart uit een oogpunt van kartografisehe prestatie zeer geroemd. De projectie schijnt die van Bonne te zijn, de mededeelingen hieromtrent zijn echter vaag. De voornaamste in den handel zijnde kaartwerken van het konink rijk zijn Topographische Karte des Königreiches Sachsen, 1: 25000 (Aqui- distantenkarte). Deze kaart dankt haar bestaan aan het levendig verlangen van het industrieeie Saksen naar eene topographische kaart, waarop de geologische toestand duidelijk kon worden voorgesteld. De eerste uitgave dezer kaart is samengesteld naar de resultaten der opneming 1780 1825 en gereproduceerd in zwart, blauw en bruin. De afstand der horizontale snijdingsvlakken bedraagt 10 M., de 50 M. hoogtelijnen zijn aangedikt, de hoogtecijfers tot in d. M. 1) Oberreit als overste, kolonel en generaal-majoor directeur der toenma- ige „Königlicli Sachsische Plankammer".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1913 | | pagina 77