Draagt men zorg het eerste stuk zoodanig te richten, dat
de normaallijn van zijn richtinstument op den vleugel van
rechts van het doel uitloopt, dan is het, voor het vuur geo
pend wordt, noodig, een opvolgende correctie voor de verdee
ling van het vuur (breedteverdeelingGrundkorrektur, échelon-
nement de repartitiontoe te passen, (soms geschiedt het tijdens
het vuren) die afhangt van de breedte van het onder vuur
te nemen doelgedeelte, en bij aanname van het R. stuk als
directiestuk steeds positief is.
Bijzondere gevallen.
I. Doelparallax en richtpuntparallax heffen elkander op.
II De richtpuntparallax o.
III De doelparallax o.
IV Beide parallaxen zijn o.
acl. I. Dit is het geval, indien de instrumenten, het richt
punt en het gewenschte punt van convergentie op denzelfden
cirkelomtrek zijn gelegen (fig. 5).
De H. M. standen zijn dan voor alle instrumenten dezelfde.
Het verdient dus aanbeveling, dit bijzondere geval in het
leven te roepen, door een oordeelkundige keuze van het richt
punt, zooals de Ned. en de Duitsche reglementen dit voor
schrijven. Het optreden in gedekte stellingen zal echter meestal
de keuze van een richtpunt voorwaarts onmogelijk maken.
Zooals wij reeds zagen, zal van een ligging van het doel
binnen den cirkel kruising der normaallijnen (bij stukken dus
van de schoocsvlakken) het gevolg zijn, hetgeen, ter vereen
voudiging van de vuurleiding, voorkomen moet worden.
In dit verband wordt het duidelijk, waarom het Ned.
Ontw. Regl. Ber. Art. 1912 aan de ligging van een gemeen
schappelijk richtpunt (hier hulprichtpunt geheeten) als eisch
stelt niet verder dan 3 handbreedten zijwaarts en zoo mogelijk
op ongeveer denzelfden afstand als het doel of op grooteren
afstand. In dit laatste geval moet hiermede rekening gehouden
worden bij de bepaling van het bedrag voor de breedte-
BBBGGESCHUT, MET BEHULP VAN HOEKMEETINSTKUMENTEN. [Jan. 1914