Feb. 1914.] Het rapport van de staatscommissie voor de voor aanvoert, door n. 1. te wijzen op de japansche oorlogshaven Makung (Makya) op de Pescadores eilanden, vindt de redactie al heel zwak, daar AAakung slechts een zeer secundair steunpunt is, voorzien van een klein droogdok en een drijvend dokje voor tor pedobooten, terwijl de Zutpheneilanden onze hoofdbasis zou zijn, voorzien van alle voorraden en inrichtingen, welke een vloot in oorlogstijd noodig heeft (dokken en reparatieinrichtingen incluis). De vraag doet zich tevens voor of de neiging om bij de marine te dienen bij de inlandsche bevolking niet nog meer zou dalen, wanneer zij op de Zutpheneilanden een groot deel van hun marine loopbaan moet doorbrengen. Op de verdere brochure heeft de redactie nog vele kantteekenin- gen te maken, maar zij vermeldt er slechts enkele van om niet te uitvoerig te worden. Zij acht de verdedigingstroepen voor de basis ten eenenmale onvoldoende. Eene operatiebasis moet ten allen tijde zooveel mogelijk gevechts- gereed zijn, want zij is het, die bij het uitbreken van den oorlog, misschien enkele dagen, misschien ook enkele uren na de oorlogs verklaring, het eerst blootgesteld is aan pogingen om door ver rassing genomen te worden. Juist op dit punt wordt door vele schrijvers op maritiem-strategisch gebied de aandacht gevestigd. De door den kolonel voorgestelde bezetting voldoet niet aan dien eisch; zij is bovendien veel te zwak. Wel zal het leger offensief moeten optreden tegen een gelande troepenmacht, maar een poging tot vermeestering van de basis zal zeer zeker gepaard kunnen gaan aan een landing op Java. Ook de verdediging bijv. van het eiland Dwars in den weg lijkt de redactie zeer zwak. Wanneer men de bovenmenschlijke pogin gen nagaat, die de Japanners gedaan hebben om den haveningang van Port Arthur te versperren, dan zal een poging om het eiland Dwars in den weg te nemen zeer zeker heel wat eenvou diger zijn en meer kans van succes bieden. Wordt het eiland genomen, dan vait het inderdaad vernuftig in elkaar gezette plan als een kaartenhuis in elkander. Ook is het de vraag of mijnversperringen op een diepte als in straat Soenda bij den aldaar heerschenden stroom en de gesteldheid van den bodem en het water veel nuttig effect zullen sorteeren. Ten einde in zijn systeem een voldoende mobiele macht te 92

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 4