Feb. 1914.] Uit de practijk. Op den voorgrond stellende hoe buitengewoon moeilijk het is voor een commissie, belast met het samenstellen van een reglement, een zoodanige redactie te vinden, dat geen verschil van opvatting mogelijk blijft, daar is de bedoeling van deze regels uitsluitend te begrijpen als een poging om een steentje bij te dragen tot het uit den weg ruimen van onduidelijkheden omtrent sommige punten, en dus geenszins als critiek of betweterij op te vatten. Immers, verschil van uitlegging van in een reglement voorkomende punten mag niet bestaan. Daarvoor juist is het een „reglement" en geen „voorschrift" Punt 106, 2e alinea zegt: De sectie bestaat uit twee brigades, naast elkaar als in 66 opgesteld". Hieruit valt te lezen, dat elke brigade is opgesteld zooals de klasse, bedoeld in punt 66, met op de vleugels van het voorste gelid een ge. Van gs. in het achterste gelid is in punt 66 geen sprake, dus zou bij de in twee brigades ingedeelde gesloten sectie, het ingedeelde kader van elke brigade in het voorste gelid staan op de vleugels der brigades en zouden dus midden in de sectie twee man kader staan, n. 1. de 1. en r. ge resp. van de r. en 1. brigade. Evenwel verwijst omgekeerd punt 66 voor de als sectie ingedeelde klasse naar punt 106 en lezen we daar o. m. in de 3e alinea: „de gs treden als ct. op van de groep waar zij in frontopstelling naast staan"; hieruit zou in verband met den aanhef van deze alinea: „In de brigade vormt elk gelid een groep", volgen, dat ook op een der vleugels van het achterste gelid der brigade een ge moet zijn geplaatst. (Op beide vleugels van dit gelid een ge te plaatsen kan niet de bedoeling zijn, want zoo'n gelid vormt één groep, en deze heeft ook maar één commandant). Waar natuurlijk niet bedoeld kan zijn de brigades naast elkaar te plaatsen met een r.ge. in het voorste gelid van de r. brigade, een l.ge. in het voorste gelid van de 1. brigade en midden in de sectie tusschen de brigades in het achterste gelid naast elkaar een 1. en r.ge. resp. van de r. en 1. brigade, (die dan elk zouden voldoen aan den eisch van in frontopstelling als ge. te staan naast een groep, zie 3e alinea punt 106) daar kan dus o.i. alleen te lezen zijn, dat de brigades in de gesloten sectie naast elkaar staan, zouder kader daar- tusschen en dat op beide vleugels der sectie gs zijn geplaatst in voorste en achterste gelid. 148

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 60