Mrt. 1914.] Eenige opmerkingen naar aanleiding van G's
Ik wensch hier even te wijzen op het nut van de hooge obser
vatieladders, welke bij bijna alle veld-artillerieën worden gebruikt.
Op zoo'n ladder kan de B. C. bij de batterij blijven in stellingen,
waarbij hij zonder ladder naar voren op de dekking moet (zie hier
over ook in de Revue d'Art. van 1913: het gebruik dat de Servische
Véld- Artillerie in den slag van Kermanovo van deze ladders maakte).
Die ladders acht ik ook voor onze veld-artillerie zeer gewenscht.
3.) Met G 's redactiewijziging van punt 67 ben ik het eens; weer
dezelfde begripsverwarring van indirecte richting en gedekte op
stelling is er de oorzaak van.
4.) Ook de redactie van punt 68 is tot stand gekomen door meerge
noemde begripsverwarring en de daarmee gepaard gaande misken
ning van de vlugheid en zekerheid, waarmede een B. C., mits hij
bij de batterij is opgesteld, deze indirect in de richting brengen en
zijn vuur leiden kan.
Wel is het beginsel goed om bij den verdediger reeds op grooten
afstand loonende doelen plotseling kort, maar krachtig onder vuur
te nemen, doch dit moet juist geschieden uit goed gedekte stellingen,
zoodat deze artillerie hare vrijheid van beweging behoudt. Punt 68
moet dus luiden:
„Bij de verdediging kan het overweging verdienen om een klein
deel der artillerie van den aanvang af in bewakingsstelling te plaatsen
ten einde loonende doelen reeds op grooten afstand plotseling kort,
maar krachtig met vuur te overstelpen; deze stellingen behooren dan
zoodanig te worden gekozen, dat de daarin geplaatste artillerie niet
aan haar plaats kan worden gebonden."
5.) G. gebruikt in zijn voorbeeld, om bij gedekte stellingen vuur te
brengen in den dooden hoek vóór de dekking, de methode van ver
mindering der tempeering in de laagste baan die over de dekking
heen gaat, waardoor de granaatkartets-kogels kort voorbij die dek
king inslaan. Percin vermeldt die methode in zijn inspectierapport
van 1908 (methode Thouvenin) en zegt ervan dat zij beproefd zal
worden. In het nieuwe Fransche reglement echter is hierover niets
opgenomen. In elk geval zal men de methode bij ons ook eerst
moeten beproeven alvorens haar in de reglementen op te nemen.
Voordien mag men zelfs op papier deze methode niet toepassen.
In Nederland is dit geschied in 1912.
220