6.) In zijne slotbeschouwingen geeft G. mij den indruk, dat hij on der de Fransche artilleristische vechtwijze verstaat: het steeds be trekken van stellingen „a grand défilement," met waarneming van verafgelegen punten, met telefonen enz. Vele Indische officieren zijn van dezelfde meening. Niets is echter minder waar dan dat. Uit buitenlandsche reglementen alleen is het ongetwijfeld zeer moei lijk om zich een denkbeeld te vormen van de werkelijke toepassing. Over de Fransche Bereden Artillerie echter is in 1912 een werk verschenen, dat ons op dit gebied onschatbare diensten kan bewijzen, n. 1. „Cinq années d'inspection" van Generaal Percin. Hierin legt deze bekwame opperofficier zijne opmerkingen neer, over vijf jaren van inspectie over de geheele Fransche Bereden Artillerie, beschouwin gen leverend, zoowel over technische details als over tactische hoofd regels. Als men dit boek heeft doorgewerkt, heeft men inderdaad een idee gekregen, hoe de Fransche Artillerie optreedt. Over gedekte stellingen vindt men daarin het volgende: In 1908 merkt hij op, dat er nog een tegenzin bestaat tegen gedekte stellingen, in hoofdzaak, vermoedt hij, omdat men deze niet „schneidig" kan inne men. Hij hoorde zelfs eens een hooggeplaatst infanterie officier zeggen: „Le tir masqué c'est la tactique du peur", doch hij raadt aan in zoo 'n geval den infanterist toe te voegen: „maar uw na 1866 aange nomen verspreide gevechtsorde met het sprongsgewijze voorwaarts gaan, was dat dan gewis geen tactigque du peur, vergeleken bij de vroegere gesloten attaques?" Hij behandelt daarna nog eens grondig de voordeelen der volledig gedekte stellingen (a grand défilement of a défilement des lueurs genoemd), doch spreekt nog niet veel over de „Commandement a distance." Pas in 1910 (blz 302) komt hij tot de conclusie, dat men deze soort stellingen naast de vuurleiding van de observatieladders ook van de „Commandement a distance kan gebruik maken, doch zegt, dat men daarover nog weinig ervaring heeft. Voor een groot deel der Infanterie-batterijen vindt hij dit in elk geval wel gemoti veerd. Hieruit ziet men dus, dat wij heel wat verder zijn gegaan dan Frank rijk (plus royaliste que le roi). Uit eene vergelijking van de telefoonuitrusting der Fransche batterij (500 M kabel) met die eener Duitsche batterij, zou men kunnen op maken, dat Duitschland op dit gebied thans Frankrijk voorbijstreeft. 221 BESCHOUWINGEN OVER HET GEBRUIK DER ARTILLERIE. [Mrt. 1914.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 39