Mrt. 1914.] Veestapel en Vleeschvoedino op Java en Madoera. 198 De in voorgaande tabel opgenomen cijfers zijn de laatst bekende. In 1910 bleef de gewone vijfjaarlijksche telling achterwege. Het Departement van Landbouw heeft wel getracht die leemte aan te vullen., doch het jaarverslag van 1911 erkent zelf, dat op de ver kregen cijfers niet te bouwen valt. De vorstenlanden komen in de opgave niet voor. In vijf jaar tijds zou de buffelstapel van Bantam met 41.000 stuks zijn achteruit gegaan en tot van die in 1905 zijn teruggebracht. Volgens de opbrengsten der slachtbelasting echter is van 1900 tot en met 1911 het jaarlijks aantal geslachte buffels vrij constant gebleven, wat met de vermeende achteruitgang niet in overeenstemming is te brengen. Voorts valt het op, dat in de resfdentie Batavia in 1910 precies Aantal geslachte GEWESTEN.-. 1900 1901 1902 1903 1904 Batavia 236 235 234 241 237 Bantam 10112 1 259 1 11.719 12.707 12.356 15.366 PR 3.784 3.993 4.614 5.537 5.738 Cheribon 654 685 767 716 562 Pekalongan 1.329 1.914 2.524 2.250 2.249 Semarang 18.012 12.774 23.144 27.302 19.776 Rembang 9.019 8.765 12.450 11.345 12.378 Soerabaia 54.745 56.406 58.303 61.586 63.168 Pasoeroean 57.620 61.924 70.431 66.003 66.236 Besoeki 42.676 42.948 44.953 45.076 43.890 Banjoemas 10.115 9.872 12.018 10.530 9.755 Kedoe 27.920 26.085 33.491 34.359 34.130 Djokjakarta 16.115 17.316 17.823 15.788 17.045 Soerakarta 11.968 13.907 13.662 13.796 20.891 Madioen 9.314 9.286 11.091 10.701 11.850 Kediri 12.669 9.137 14.653 13.619 12.208 Madoera 28.145 29.949 32.853 28.600 28.242 314.692 316.915 365.718 359.805 363.72L

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 6