Mrt. 1914.] nomen wordt, dat er nog wel noemenswaardige hoeveelheden levensmiddelen aanwezig zullen zijn. Voorts bevat deze aflevering nog een aantal kleine schetsen en opstellen, waarvan we noemen De nieuwe indeeling bij de militie en bij de landweer door kap. van Dam van isselt; „Indirecte richting bij de infanterie" door kap. J. van Dijk; „Een kijkje in Berlijn" door luit. Calkoen„De inkwartie- ringswet" door R. H. Kroef. De Militaire Spectator 1914 No. 1. Van de studie over „De Balkan oorlog van 1912—1913" bevat deze aflevering slechts een 4-tal bladzijden, waarin besproken worden enkele nevenoperatiën van het Servische en van het Bul- gaarsche leger. In een volgend artikel zal begonnen worden met den veldtocht in Thracië. In een opstel „Zelfstandigheid en Commandovoering" geeft de luit. kol. de Block ons zijne ideeën over verschillende belangrijke legeraangelegenheden, zooals b. vinitiatief, decentralisatie, ver bruikte papiermassa's, de waarde van de praktische oefeningen e. d. De conclusiën, waartoe S. komt, zijn de navolgende: le. Veel oefeningen met troepen aangevuld door kaderoefe ningen onder den betrokken Commandant zelf. 2e. Krachtig physiek en taktische ontwikkeling der aanvoerders. 3e. Uitschakeling van hen, die niet meer voor bevordering in aanmerking komen. 4e. Meerdere decentralisatie, leidende tot zelfstandigheid en initiatief. 5e. Wisselwerking tusschen het aanvoeren van troepen en het bekleeden van bijzondere betrekkingen. De luit. der inf. E. Snoek bespreekt het bepaalde omtrent „Dek king van artillerie" voorkomende in het Nederlandsche R.I. II. punt 345 —351. (Zie Ind. R.I.II punt 434—441). S. vindt het eigenaardig, dat de artillerie-commandant zich op infanteristisch terrein moet begeven, omdat hij aan den commandant der dekking aanwijzigingen geeft, waarnaar deze zich moet gedra gen Wij vinden zulks zeer logisch. Wel kunnen we ons vereenigen met S., waar hij opmerkt, dat de in het R.I. aangegeven wijze van opstel ling der dekking (zie ons R.I.II punt 438) verandering behoeft. Staande patrouilles en posten in front, flank (soms ook in den rug) en de rest van de dekking zoodanig opgesteld, dat in elke gewilde richting kan worden opgetreden. 268

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 86