Korte Mededeelingen.
Het trekt voornamelijk de aandacht der amerikaansche legerauto-
riteiten als bewapening van vliegtuigen.
Er zal «el wat AmerHaansche humbug onder schuilen, maar waar
schijnlijk ook heel veel goeds. Een weinig talrijk leger als het onze
zou zijne gevechtswaarde middels mechanische vermeerdering van
vuur'-racht aanmerkelijk kunnen verhoogen. Een proefexemplaar zal
niet heel veel kosten.
M.
Verslag uan de Ilederiandsche sjaals-commissie belreflende
de opleiding der inlamerie-militie.
Onder „overzicht van eenige tijdschriften" wordt in deze aflevering
reeds gewag gemaakt van het hierboven aangegeven verslag, waarbij
dan tevens wordt vermeld, dat de commissie de conclusiën, waartoe
haar onderzoek leidde, aan het slot van haar rapport in een 37-tal
punten weergeeft.
Eenige van die punten kwamen ons van voldoende belang voor
om ze den lezer van dit tijdschrift voor te leggen. We kiezen daartoe
de navolgende:
16. Aan den milicien moet het bewustzijn worden bijgebracht,
dat in den aanval meer kracht zetelt dan in de verdediging.
25 Spijsbereiding door den soldaat te velde behoort een deel
van de leerstof uit te maken en door eiken milicien gedurende zijn
oefeningstijd eenige malen te geschieden.
26. Het is noodig, dat meermalen oefeningen worden gehouden,
waarbij de milicien den geheelen nacht buiten doorbrengt; ook het
slapen onder den blooten hemel moet nu en dan plaats hebben.
27 Gesloten exercitiën hebben hoofdzakelijk slechts reden van
bestaan om den troep geregeld, ordelijk en snel te verplaatsen naar de
vereischte opstellingspunten. Als middel tot aankweeking van
krijgstucht kan er niet meer waarde aan worden gehecht dan aan
elke andere met ernst en inspanning uitgevoerde oefening.
29. Reglementen en voorschriften, welke bepalingen inhouden,
die nfet voor uitvoering vatbaar zijn of die, door te enge formu
leering, tot afwijkingen noodzaken, ondermijnen de krijgstucht, door
dien zij het gebrek aan eerbied voor de reglementen en voorschrif
ten zelve, alsmede voor hen, op wiens last zij zijn samèngesteld,
in de hand werken.
261