April 1914.] De werkzaamheden der moderne bereren-art.
1. De gewone adjudants-diensten.
2. Den verkenningsdienst, omvattende:
a. den artilleristischen terreinverkenningsdienst, ook wel
artilieristischen inlichtingsdienst genoemd (geschiedt door
z.g. inlichtingspatrouiiles van I officier en eenige minderen);
b. den wegverkenningsdienst (patrouilles van I officier of
onderofficier en eenige minderen);
c. den doelverkenningsdienst en de hulpwaarneming (pa
trouilles van 1 officier of onderofficier en eenige minderen,).
Hiervoor worden thans in Europa ook vliegtoestellen
gebruikt.
3. Den verbindingsdienst.
a. met hoogere chefs door verbindingsruiters
b. met de Infanterie voor samenwerking op het gevechtsveld
(patrouilles van I olficier met eenige minderen), beide
soorten gebruiken sein- en teleloonmaterieel.
4. De stellingverkenning, waarneming en vuurleiding van den
B. C. Hierbij zijn geoefende onderofficieren, ordonnansen,
telefonisten, waarnemers en seiners noodig, benevens
hoekmeet- en waarnemingsinstrumenten, afstandmeters,
hooge observatieladders, telefoon- en seinmaterieel.
5. De wegverbetering. Hiervoor is eene pionierafdeeling met
gereedschappen en bruginaterieel noodig.
6. Den veiligheidsdienst, zoolang de andere wapens daarin te
kort schieten. Hiervoor zijn enkele bereden patrouilles
en soms ook eenige posten te voet noodig.
Gaan wij thans na hoe deze staven enz. bij eenige landen
zijn ingericht.
A. Regimentsstaf.
Volgens het Fransche reglement (I. blz. 42) bestaat deze uit:
1. kolonel Commandant,
1. luitenant-kolonel onder-commandant,
1. kapitein-adjudant,
3. luitenants (van de reserve),
1. wachtmeester,
8. stukrijders,
2. wielrijders,
2. trompetters van de batterijen,
320