De Militair-politieke toestand van Japan in 1913. [April 1914. Den 3den Maart werd de bouw van een vierden stoomer der vrij willige vloot begonnen. Den 20sten November werd op de rijkswerf te Yokosuka de kiel gelegd voor een tweede slagschip type "Fuso". Het zal genaamd worden "Futami". Twee andere dergelijke slagschepen zullen op de Kawasaki- en de Mitsu Bishi-werven gebouwd worden. Men verwacht, dat de „Fuso", in aanbouw op de rijkswerf te Kure, in Maart 1914 van stapel zal kunnen loopen. De bewapening zou bestaan uit 12 kan. van 35.6 c. M. en 16 kan. van 15 c. M.; boven dien 4 kan. van 7.62 c. M. tegen vliegtuigen. De waterverplaatsing wordt verschillend opgegeven, n. 1. van 30600 tot 30700 ton. Omtrent de twee in Engeland bestelde torpedobootjagers wordt bericht, dat zij eene waterverplaatsing van 950 ton hebben, eene snelheid van 35 mijl, 2 kan. van 10.2 en 5 kan. van 7.62 c. M.; voorts 3 lanceerbuizen. Het is de bedoeling deze jagers te doen dienen als model voor later in Japan aan te bouwen dergelijke vaartuigen. Uit de sterkte der vloot werden afgevoerd het depotschip „Toyo- hashi", de kustverdediger 2de klasse „Suzuya" en het flotieljevaartuig „Tatsuta", verder een paar kleinere vaartuigen, 9 jagers en 21 torpedobooten. Om binnenkort hetzelfde lot te ondergaan, werden buiten dienst gesteld de kustverdedigers 1ste klasse „Tango" en „Iki" en die der 2de klasse „Okinoshima" en 'Minoshima. Volgens plannen van het ministerie van marine zullen in de eerst volgende 8 jaren de volgende schepen worden afgevoerd: Slagschepen „Mikasa" en „Hizen"; kustverdedigers 1ste klasse „Tango", „Sagami" en „Suo"; kruisers 1ste klasse „Asama", „Tokiwa", „Yakuino", „Azuma", „Aso", „Iwate", „Izumo*; kruisers 2de klasse „Tsugaru", „Soya", „Chitose"en „Kasagi". Klaarblijkelijk wil het marinebestuur op die wijze aantoonen, hoe noodzakelijk vernieuwing van het materieel der vloot is en tevens sparen door verouderde schepen niet langer in dienst te houden dan hoog noodig is. De torpedobootjager „Asatsuyu" liep 9 November nabij Maisuru op een rif en is hoogstwaarschijnlijk verloren. Betreffende nieuwe dokinrichtingen wordt het volgende bericht: Het nieuwe dok te Maizuru, begonnen in 1908, was 21 Maart 1913 voltooid. Het is lang 750 Eng. voet, breed 108 voet, diep 35 351 I. M. T. 1914. 24.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 65