April 1914.] De Militair-politieke toestand van Japan in 1913. Zij, die een minimum aantal lessen van de geheele cursus hebben bijgewoond, d.w.z. de lessen van de lste- en 2de-jaarsmanschappen, ontvangen na afloop een diploma. Ook zij, die na afloop van de lessen voor de lste-jaarsmanschappen de kazerne verlaten, kunnen een getuigschrift ontvangen. In 1911 bedroeg het aantal leerlingen 1002, die voor het onderricht in twee klassen verdeeld werden. Het bleek dat van elke klasse gemiddeld steeds 300 leerlingen aanwezig waren. Wachtdienst, oefeningen buiten het garnizoen, e. d. waren meestal de redenen van afwezigheid. Den 29sten October werd de cursus met eenige plechtigheid in tegenwoordigheid van eenige militaire- en landbouw- autoriteiten geëindigd; 117 getuigschriften werden uitgereikt. In 1912 bedroeg het aantal 2de- en 3de-jaarsmanschappen 640, waarvan elke keer gemiddeld 260 man aanwezig waren. De lessen voor de lste-jaarsmanschappen konden wegens onvoorziene omstan digheden dat jaar niet vóór het laatst van Juli begonnen worden. Hun aantal bedroeg 472. Het geheele aantal deelnemers in 1912 was alzoo 1112. Het verdient afzonderlijke vermelding, dat de directeur en de leeraren der landbouwschool zich geheel belangeloos voor het on derwijs beschikbaar stellen. Te Himeji stelde zich de chef van de afdeeling voor landbouw van het provinciale bestuur welwillend tot het geven van het on derricht beschikbaar. Het onderwijs heeft plaats in den voormiddag van den lsten en 3den Zondag van elke maand. Voor de lste-jaarsmanschappen be gint het na afloop der lste oefeningsperiode. Gedurende November wordt het gestaakt. Elke compagnie heeft een stuk grond, groot ong.. 132 cA., tot hare beschikking om groenten te kweeken, hetgeen geschiedt door de 2de-jaarsmanschappen in hun vrijen tijd. Hetgeen de tuin ople vert dient tot verbetering van de voeding. A. 354

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 68