Uit de pracfijk.
Verpleegden in krankzinnigengestichten
en obsernatie-patienten.
De verrekening der verpleegkosten van militairen, die in de krankzin
nigengestichten verpleegd worden, is geregeld bij A. O. 1893. No. 56.
Die van de zoogenaamde observatie-patienten bij art. 34, 3e
alinea, van Staatsblad 1897. No. 54.
Bij de toepassing dier bepalingen stuit men op onvolkomenheden,
die wel de aandacht verdienen.
Zij, die ingevolge eener krijgsraadbeschikking en een besluit
van den Hoofdinspecteur van den Burgelijken Geneeskundigen dienst
gewoonlijk voor den tijd van hoogstens zes maanden ter observatie
in voornoemde gestichten zijn opgenomen, worden dien tijdovereen
komstig het staatsblad gratis als lijder 3e Klasse verpleegd, tenzij de
krijgsraad-president speciaal vraagt hen als betalend patient op
te nemen, wat in de practijk nooit geschiedt.
Die regeling is oorzaak, dat elke beklaagde gelegenheid heeft,
om door het veinzen van verstandsverbijstering, den militairen rech
ter aan het lijntje te houden, en er nog een belangrijk bedrag aan
te verdienen op den koop toe.
Soldij, vivres, kleeding, alles wordt hem ten slotte te goed gedaan,
terwijl een zeer oppassend militair, die in den strijd gewond wordt,
het niet verder kan brengen, dan tot eene verpleging met behoud
van soldij.
Punt 7 B. tarief 15 bepaalt, dat ten behoeve van achterblijvende
en uit de menage gevoed wordende vrouwen en kinderen van mili
tairen beneden den rang van onderluitenant, wier mannen of vaders
tijdelijk bij subsistentenkaders zijn ingedeeld en in eene militaire
ziekeninrichting of gezondheidsetablissement worden verpleegd, van
's landswege per dag wordt verstrekt:
voor de vrouw 0.5 KG. rijst en 0.125 KG. vleesech,
voor elk kind 0.25 KG. rijst.
362