Mei 1914.] Troepenvervoer per spoor en nog wat.
tonnen aan treingewicht worden gewonnen, maar de wielen met
wat daartoe behoort, moeten worden afgenomen en de inhoud der
karren moet afzonderlijk in goederenwagens worden geladen.
We vinden de nadeelen grooter dan de voordeelen en zouden
daarom het plaatsen van 4 beladen treinkarren in één goederen
wagen steeds willen toepassen.
Materieel (ook tractie-) is er voldoende en de op die wijze ver
plaatste afdeeling is eerder marsch- en dus ook gevechtsvaardig.
Wij hebben gemeend het bovenstaande als supplementen te moeten
toevoegen aan ons vroeger artikel.
Thans ligt ons echter nog iets op het hart, waaraan we tevens
bij deze gelegenheid uiting zouden willen geven.
Zooals bekend, wordt het spoorwegvervoer in oorlogstijd gere
geld door de Permanente Militaire Spoorwegcommissie, welke zich
alsdan splitst in 2 lijncommissiën en een hoofdafdeeling. De
hoofdafdeeling bestaat uit den Hoofdinspecteur der Staatsspoor
wegen op Java, een hoofdofficier van het Hoofdbureau van den
Generalen Staf en den Secretaris der Spoorwegcommissie. Van de
beide militaire leden der Hoofdafdeeling is de Secretaris de man,
die, practisch gesproken, in vredestijd het spoorwegvervoer regelt.
Zeer zeker zijn zoowel de Voorzitter, de Chef van den Generalen Staf,
als bovenbedoeld hoofdofficier, ter zake kundig, maar hunne overige,
veelal drukke, werkzaamheden vormen een beletsel zich in zooda
nige mate aan de aangelegenheden betreffende het spoorwegvervoer
te wijden als, naar onze meening, noodig en wenschelijk zou zijn.
Het wil ons daarom voorkomen, dat de adviezen van den Secre
taris der Spoorwegcommissie in oorlogstijd van veel beteekenis
zullen zijn.
In verband daarmede is het in hooge mate noodzakelijk, dat de
Secretaris doorkneed is in alles, wat den goeden gang van het
spoorwegvervoer kan verzekeren.
Is dat thans het geval? Wij meenen, en wij zullen daarvoor onze
motieven aanvoeren, niet altijd voldoende.
Naast liefde voor de betrekking, is het noodig dat de Secretaris
der Spoorwegcommissie zich gedurende langen tijd, liefst eenige ja
ren, aan zijn taak kan wijden. Het is toch niet voldoende enkele ge
vallen van spoorwegvervoer in elkaar te zetten, neen, hij moet het
geheel zoodanig beheerschen, dat de vele gevallen, welke zich in
446