De Militair-politieke toestand van China in 1913. [Mei 1914.
Klaarblijkelijk om de ontstemming, welke Rusland's Mongoolsche
politiek in China veroorzaakt heeft, eenigszins weg te nemen, stelde
de Russische gezant te Peking den 12den Dec. aan zijne ambt-
genooten aldaar voor alle vreemde gezantschaps- en spoorweg-
wachten in Chihli in te trekken. Tot dusverre heeft hij met dit
voorstel geen succes gehad, hetgeen wellicht ook niet de bedoeling
geweest- is, want, indien alle andere vreemde troepen in Chihli
blijven, kan Rusland zonder eenig gevaar zijne troepen terugtrekken.
Bovendien kan het desgewenscht binnen een paar dagen troepen
van Harbin naar Peking vervoeren. Het is ook zeer de vraag, of
de Chineezen het voorstel als een werkelijk gemeend bewijs van
Rusland's vriendschappelijke gezindheid beschouwen zullen.
In elk geval blijft van de vijf kleuren der republikeinsche vlag,
welke de broederlijke eendracht der vijf stammen (Chineezen, Man-
tsjoe's, Mongolt-n, Mohammedanen en Tibetanen) symboüseeren
moet, op die wijze niet veel over; Buiten-Mongolië is voor China
voor goed verloren, terwijl op de grenzen van Binnen-Mongolië,
Chihli en Mantsjoerije nog steeds gestreden wordt, Tibet schijnt
het voorbeeld van Buiten-Mongolië te zullen volgen en onder de
Mohammedanen in Kansu heerscht nog altijd onrust, die zich nu
en dan in opemijke opstanden uit.
II. 5et beger.
Algemeene beschouwingen.
De gebeurtenissen in den zomer van het verslagjaar hebben in
aansluiting met die tijdens de omwenteling, aangetoond, dat de
militaire hervormingen, welke nog onder de Mantsjoe-dynastie inge
voerd werden, geen duurzame uitkomsten hebben gehad. Twee
jaren van wanorde hebben geregelde Chineesche troepen het wei-
nigje bedrevenheid en samenhang, dat zij vroeger hadden, geheel
doen verliezen. Zij zijn volslagen onbekend met een juist gebruik
hunner moderne bewapening en kennen geen discipline; de offi
cieren, de weinige goede niet te na gesproken, zijn niet in staat
zich te doen gehoorzamen en bovendien niet bekend met hunne
taak. Wel hebben de generale staf en andere organen gedurende
de onlusten eene zekere ondervinding in het vervoer en de ver
pleging van troepen verkregen, maar onder de vele bevelhebbers
457
