Uit de practijk. [Juni 1914. toch zal er nog wel een menschenleeftijd mee heengaan, alvorens de invloeden van den jarenlangen strijd geheel zijn uitgeschakeld. Nogeens, speciaal op Atjeh moet de officier bijzonder op zijn tellen passen en zich nöch door vermoeienis, nóch door valsche schaamte laten weerhouden die maatregelen te treffen, welke hij noodig acht. Al is in een streek jarenlang niets gebeurd, dan kan door non chalant patrouilleeren of ruw optreden plotseling weer iets vijandigs plaats vinden! En niet alleen loopt dan zoo'n patrouille groot gevaar, maar vaak is er weer een lange reeks van jaren noodig om die streek weer op zijn vroegere hoogte te brengen. De tijden voor het behalen van de Willemsorde zijn voorbij, maar die voor de Oranje Nassau of Nederlandsche Leeuw m. i. aangebroken. We hopen dan ook, dat de Regeering in de toekomst wat minder schriel hiermede zal zijn tegenover de Indische officieren en amb tenaren, want gevaarvol en zeer moeilijk werk wordt hier dagelijks nog gepraesteerd en de meeste menschen zijn gelukkig nog wel ge voelig voor eene onderscheiding of officieele dankbetuiging, vooral waar juist door deze categorieën van ambtenaren weinig of geen vergoeding in financieel opzicht wordt genoten. De Officier, die voor de eerste maal op Atjeh komt, vindt in de Commandementsorder No. 6 B een reeks uitstekende wenken, waaraan hij zich zoo eenigszins mogelijk stipt moet houden. Maar, zooals reeds in den aanvang is opgemerkt, men kan on mogelijk in alles voorzien. Een goed werk zou het m. i. zijn, wan neer de voorgekomen gevallen bv. geregeld in dit periodiek tot leering van anderen werden meegedeeld. Voor zoover mij bekend, wil ik gaarne de rij openen, om met voorbeelden eenige pogingen om vuurwapenen te verkrijgen te illustreeren. Een patrouille bivakkeert nabij een kampong. De bevolking komt de hulp inroepen, omdat ze zooveel last heeft van varkens of olifanten. De Gt. laat twee militairen met hunne karabijnen mee gaan. Op een bepaald punt wordt voorgesteld, dat er één zal achterblijven, terwijl de andere mee zal omtrekken om het wild op te drijven. De laatste wordt plotseling aangegrepen en door paranghouwen ge dwongen zijn karabijn af te geven. Een andere patrouille deelt het hoofd eener kampong (dat jaren 571

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 73