De werkzaamheden der moderne bereden-Artillerie [Juni 1914.
Voor de aanvallende art. is het van 't meeste belang het haar
eigen infanterie mogelijk te maken voorwaarts te gaan.
Dit kan zij bereiken door de op die inf. vurende batt, te binden.
Hiervoor is bekendheid met de opstelling dier batterijen een ver-
eischte.
Hoe raakt men met die opstelling bekend bij een verdediger,
die alles in het werk heeft gesteld om haar niet aan den vijand
te verraden?
Door verkenning! De patrouilles moeten de opstelling berichten!
En de moeilijkheid, verbonden aan de doelverkenning bij de Art.,
komt in de gevechtsoef'ening door Kapitein Cramwinckel behandeld
niet voldoende naar voren.
In het verloop van die oefening wordt er door de 7 batterijen
van den aanvaller maar één patrouille uitgezonden, welke (en nog
slechts eenigszins) optreedt op de wijze als ik mij dat van de
doelverkennerspatrouilles denk.
De door mij bedoelde patrouille is die, door A. bg. I van Ringi-
nawé in de richting van Tetep uitgezonden.
Hoe of de doelverkenning dan wel moet geschieden?
Ik hoop hieronder mijne ideeën betreffende de art. verkenning
duidelijk te maken.
Punt 15 (5) van de Gevechtshandleiding zegt:
(5) De verkenning door de Artillerie geschiedt door daartoe in
„het bijzonder aangewezen patrouilles of door enkele personen (doel-
„en terreinverkenners), bij voorkeur onder persoonlijke leiding van
„den Artillerie Commandant. Voor deze verkenningen zullen ;ook Of
ficieren moeten worden gebezigd, terwijl het in bijzondere gevallen
„aanbeveling kan verdienen, om de artillerieverkenners met de
„voor de nabij verkenning bestemde Cavalerie vooruit te zenden."
En Art. 72 luidt:
„Het bepalen van de plaats der vijandelijke artillerie is meermalen
„zeer moeilijk; de door art. verkenners en de Cavalerie ter zake
„verkregen gegevens zullen meermalen onvoldoende zijn en aan
vulling behoeven; enz.
507
APPLICATORISCH BEHANDELD BIJ EEN AANVALLEND GEVECHT
VAN ONGEVEER DRIE BRIGADES MET HULPWAPENS ENZ.
