Korte Mededeelingen. [Juni 1914.
keurig schiet. Een en ander kan blijken uit de navolgende bereke
ningen, die tevens antwoord geven op de vragen: welke sprei
dingen men heeft aangenomen en hoe men aan het waardeerings-
getal is gekomen.
Ie. Oefeninggeweer.
Volgens 10 van het Aanh. S. V. I. zal een middelmatig schutter
bij het vuren uit de vrije hand een spreiding verkrijgen gelijk aan
het dubbele van de normale geweerspreiding. Voor S. S. zouden dus
nog hoogere eischen gesteld moeten worden. In verband met in
het buitenland aangenomen beginselen werd echter bepaald, dat
het voldoende was, als een S. S. langzaam vurende aan dezen
eisch voldeed. Alleen rekening houdende met de S. h., zouden
dus alle schoten worden opgevangen in een ellips, die 0.46 M. hoog
is, daar de totale S. h. op 200 M. blijkens de schootstafel 0.23 M.
bedraagt.
Bij vlug vuren zal men echter een grootere spreiding moeten
toestaan. Volgens het in 23 van het Aanh. S. V. I. genoemde
voorbeeld behaalt men bij een snelheid van 18 schoten in de minuut
(d i. 2 2/3 sec. per schot en 4 sec. voor eiken keer navullen) maar
ongeveer 2 3 van het procent treffers, dat bij langzaam vuren
verkregen wordt. Waar nu bij de le. oefening een snelheid van
2,6 sec. per schot geëischt wordt (10 X 2.6" 26" 4" voor
navullen M minuut) komt dit overeen met 18 schoten per
minuut. In de ellips van 0.46 M. hoog mag men dus niet meer dan
66% verwachten. Blijkens de waarschijnlijkheidstabel voor cirkel
spreiding (Nyland, bijlage K) moet dan de ellips, die 99.8 opvangt
(als regel zegt men, dat een cirkeischijf, die 3 maal de r50 tot
straal heeft, 100% opvangt) 2.4 maal zoo groot zijn, dit is
dus 2.4 X 0.46 1.104 M. Hiervoor werd nu in het voordeel
van den schutter 1.20 M. genomen.
Een man, die den vollen tijd benut, moet dus zijn treffers binnen
kring 6 houden. Alsdan is bij normale trefferverdeeling en ligging
van M. T. in het midden van de schijf (hetgeen, gezien alle voor
zorgen, toch zeker van een S. S. geëischt moet worden) te verwachten
15.9 °/o in de roos; 50% binnen kring 2, 79% binnen kring 3,
93.7 o binnen kring 4 en ICO °/0 binnen kring 6. Volgens deze
berekening mag men dus van 10 schoten minstens verwachten:
1X1; 4 X 2; 2 X 3; 2 X 4 en 1 X 6 of totaal 29 punten. Het
waardeeringsgetal wordt dus 29X30— 870.
Zooals gezegd, heeft men echter den schutter, die zeer vlug
schiet, op de juistheid nog iets willen toegeven, mits hij blijve
binnen kring 8. De vermoedelijke trefferverdeeling is dan 1X1;
2X2; 2X3; 2X4; 2X5 en 1X8 ot totaal 37 punten. Om nu
binnen de grenzen van het waardeeringsgetal te blijven, moet hij zijn
tijd beperken tot 22'/3 sec., dit is dus bijna 2 sec. per schot en 3 sec.
voor navullen.
585
O QQ