Juli 1914],
Tactisch gebruik van Mitrailleurs.
nen worden door den Mitr.
2e. Bij Steunpunten in een verdedigende linie moeten de Mitrs. goed
gedekt worden opgesteld tegen vuur en bedreigende aanvallen.
3e. Bij Aanval op bewoonde oorden moeten—zoodra de aanvallende
troep is doorgedrongen—de Mitrs. de uitgangen zien te bereiken en
daar stelling nemen tegen een retour offensief.
4e. Bij Verdediging van bewoonde oorden stelle men de Mitrs. niet
in doch op eenigen afstand en op gunstige punten voor den buiten
rand op.
5e. Bij Aanval op een bosch zal de aanvallende Inf. zich richten
tegen de saillanten, omdat de afstand daarheen 't kleinst is en in
de saillanten geen plaats is voor veel geweren. Mitrs. moeten dan
eveneens daarop hun vuur richten om eventueele vijandelijke Mitrs. te
neutraliseeren. Dit is een der weinige gevallen, waarin Mitrs. tegen
Mitrs. bestemd worden. Zoodra 't bosch genomen is zoo vlug moge
lijk de tegenover liggende uitgangen met Mitrs. bezetten.
6e. Eij Verdediging van een bosch zal ook de verdediger zijne Mitrs.
in de saillanten trachten op te stellen, om zoo mogelijk kruisvuur
af te geven vóór de ingangen, dan wel flankeerend vuur vóór die
sectoren, die weinig vuurkracht kunnen ontwikkelen.
7e. Bij Aanval op een défilé (bergland) zal men een gedeelte langs
den bodem der vallei bezigen ter forceering, terwijl een ander ge
deelte langs de hellingen gezonden zal worden om te trachten den
achteruitgang van 't défilé te bereiken of onder vuur te krijgen.
8e. Bij Verdediging vóór een défilé een deel der Mitrs. in te deelen
in de voorste linie; de rest aan den uitgang van het défilé in reser
ve houden.
Bij Verdediging in een défilé een klein gedeelte in, de rest zoo
mogelijk op de flanken er buiten op te stellen.
Bij Verdediging achter een Qefilé moeten alle beschikbare Mitrs.
in voorste linie geplaatst worden om een concentrisch overweldigend
vuur te kunnen brengen op den deboucheerenden vijand.
9e. Bij nachtgevechten zal een aanvaller evenmin Artie. en Cavie. als
Mitrs. gebruikeneen verdediger daarentegen wel. Waar bij den aan
valler een nachtelijk vuur veelal te hoog gericht is door opwinding,
onrust, duisternis en verblinding door vijandelijk zoeklicht, zal zulks
niet 't geval zijn bij Mitrs. die in de verdedigende stelling den vorigen
dag zijn ingesteld op vaste punten, die nog bovendien belicht worden.
642