De Invloed van het terrein op de Ind. oorlogvoering. [Juli 1914
uit dat oogpunt mag wel eens afzonderlijk op de waarde van dezen
factor worden gewezen.
Het volgende beoogt niets anders dan eene inleiding tot nadere
studie, opdat een ieder zich eene meening vestige, van de allerhoog
ste waarde bij een toekomstig optreden.
In de eerste plaats mogen we vaststellen, dat het karakter van
onze Indische terreinen is: bedekt en geaccidenteerd.
Nemen we, om de gedachten te bepalen, de kaart van Java voor ons,
dan is de hoofdtrek een cultuurgebied van rijstvelden, waarin de
kampongs als zoovele eilanden verspreid liggen en wel in zooda-
nigen onderlingen samenhang, dat het mogelijk is, gedekt van den
eenen hoek van het kaartblad naar den anderen te komen.
Die sawah's zijn terrassen van afwisselend hoogteverschil, soms
van enkele c. Ms, ook wel van meerdere d. Ms.
Het zijn plateau's, die in de hoogterichting zelden grootere diepte
hebben dan de lengte van den sprong van eene tirailleurlinie en
die dan door de scheidingsdijkjes, „galangans", telkens gedekte
opstellingsplaatsen voor schutters bieden.
Hoewel in den drogen tijd, als ze begaanbaar zijn, behoorende
tot het open terrein, bieden zij voor een aanvaller in opwaartsche
richting juist wat hij hebben moet; schootsveld en dekking.
In tegenstelling dus met de leer, dat hoogtestellingen voordeelig
zijn voor den verdediger, zal deze zich hier ernstig moeten afvragen,
als hij voor het front sawah's heeft, of hij van aanleuning aan open
terrein mag spreken.
En toch heeft hij, die zijn tegenpartij met vuur wil bewerken,
schootsveld noodig. Maar wat geven schootsvelden als de beschre
vene, zoodra de hoogteverschillen bijv. een 20 cM worden en de
galangans al gauw dijkjes zijn van J4M breedte?
Groote aaneengesloten sawah-strooken zijn er wel, maar niet in
den zin van groote schootsvelden, waar 3 a 4 liefst een 6 KM kan
gehaald worden. 20C0 M is al veel, doch de gevallen zijn te over,
dat het inleidende gevecht pas op 1000 M en nog minder kan ge
opend worden, waarbij de artillerie als het meevalt, wel eens iets
achterwaarts een stelling vindt, maar toch als regel dicht bij de
Infanterie moet blijven.
Wij hebben niet de velden en de terreinen, waarop de theorie
van de groote gevechten en slagen zijn gebouwdhet is heel wat
645