Juli 1914.] Over stellingnemen en Granaatkartetsvuur.
De algemeene verplichtingen van dit personeel stellen we ons als
volgt voor:
De commandant van den G. T. wordt gebruikt om de plaats van
den G. T. nader te verkennen, alsmede de beste wijze en den besten
weg voor de munitieaanvulling.
De commandant van de pion. Afd. zal als regel als verkenner van
den opmarschweg worden aangewezen, terwijl hij de eerste voorloopige
(mondelinge) orders voor het stellingnemen aan den oudsten Sectie
commandant zal overbrengen.
De stelling-wachtmeester is den batterij-commandant behulpzaam
bij het bepalen van de juiste opstellingsplaats van de stukken, de eerste
vuurgegevens (gegevens voor den bewakingsstand) en de wijze, waar
op de stelling moet worden ingenomen.
De beide trompetters zorgen met den inlandschen verkenner voor het
tot stand komen van de benoodigde telefonische verbindingen en kun
nen verder voor ordonnansen en verkenningsdiensten worden benut.
We zullen nu aangeven op welke wijze we ons voorstellen, dat
de batterij-commandant met dit personeel aan zijn opdracht in den
kortst mogelijken tijd en zoo geregeld mogelijk kan voldoen.
Wordt aanraking met den vijand verkregen of kan het in stelling
komen van de artillerie spoedig worden verwacht, dan zal de batterij
commandant het personeel B. C. voor laten komen. De le trompetter
hangt twee tasschen met kabelhaspels aan den lepel van zijn zadel
(1). De inl. verkenner en de 2e trompetter voorzien zich elk van
een element en een telefoon met gereedschapstaschje. Daarna stelt
de patrouille zich achter den batterij-commandant op, vooraan de
commandant van de pion. afd. (die onder weg van den Batterij-Com
mandant aanwijzingen over gedekte wegen en terreinstrooken kan
krijgen in verband met de hem straks te verstrekken opdracht), daar
achter de commandant G. T. en de stelling-wachtmeester, de beide
trompetters en de inl. verkenner.
Wordt de Batterij-Commandant bij den Afdeelingscommandant
ontboden, dan gaat de patrouille mee en blijft gedekt op eenigen
afstand, afgestegen wachten.
664
1) Verondersteld wordt, dat het telefoon materieel, toegedekt onder wa
terdicht doek, in de draagbakken van de munitie dieren wordt vervoerd,
zooals is aangegeven in Hoofdstuk 1 van het Handboek voor de Bereden
Artillerie.