Juli 1914] Opmerkingen naar aanleiding van de critiek der Heeren A. Meijroos en W. E. Asbeek Brusse, Kapiteins der En hiermee meen ik genoegzaam aangetoond te hebben, dat ten gevolge van het schieten „met bajonet op", de kogel gedurende „korteren tijd" in den loop verblijven zal, eene grootere versnelling zal aannemen en dus ook de eindsnelheid V0 vergrooten zal. S. geeft mij zelf een middel aan de hand om hieruit de grootere rotatiesnelheid te verklaren, op blz. 144 zegt S. n.l. „Maar tevens vestigen wij er de aandacht op, dat de rotatiesnel heid, welke wordt aangeduid door de formule V0 tg. a. afhankelijk is van de snelheid van het projectiel, zoodat, wanneer de projectiel snelheid geringer wordt, daarmede ook de rotatiesnelheid vermin deren zal en zoodoende ook de energie van de rotatie" enz. Behalve tengevolge van de terugdraaiingsoorzaken van den loop, welke ik in mijn vorig opstel verklaarde, is het boven ge schetste dus een nieuwe oorzaak om bij het vuren „met de bajonet op" een grootere rotatiesnelheid te mogen verwachten. S. zou mij naar aanleiding hiervan kunnen verwijten dat ik mis bruik maak van zijn repliek en ik wil dan ook volgaarne toestem men, dat mijne theorie van het behoud van het arbeidsvermogen, waaruit ik de grootere rotatiesnelheid aanvankelijk wilde verklaren, terecht door S. als onjuist is gewaarmerkt. Voorts spreekt S. van een mededraaiende beweging van de lucht; ik ben mij niet bewust dit bedoeld te hebben, omdat ik zeer goed weet, dat deze theorie niet alleen oud, maar ook verouderd is. Ik sprak slechts van rollen op een luchtlaag. Of dit nu lucht of gas is, (lucht is toch ook gas,) kan mijnsin- ziens weinig invloed hebben. De theorie, die ik aanhaalde, is een algemeene natuurkundige gas theorie, die niet slechts betrekking heeft op de ballistiek. Ik geloof dus te moeten aannemen, dat S. mijne bedoeling op dit punt niet goed begrepen heeft, want verderop spreekt ZEd. wederom van roteerende beweging van de lucht, terwijl ik slechts van lucht verdichting en densiteit spreek. Op blz. 143 zegt S. voorts: Doch wat komt hier nog bij ter versterking van mijne bewering? Wanneer werkelijk het geweer onder den invloed van den kogel naar links draait, dan helt het met andere woorden een weinig naar 676 iNF'E O. 1. L. IN DE FEBRUARI-AFLEVERING VAN HET 1. M. T.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 64