Aug. 1914J. De strijd om kustversterkingen in de Hoewel de vernietiging van het eskader Cervera een hevige moreele schok was voor de bezetting van Santiago, dacht men toch nog niet aan capitulatie. Voor de Amerikanen werd de toestand met den dag hache lijker. De branding aan de operatiebasis, die naar Siboney ver plaatst was, malaria, typhus en zelfs gele koorts, baarden ernstige zorgen. Generaal Shafter drong weer aan op een beslissend optreden der vloot. Ook nu weer weigerde de admiraal zijne schepen tegen de kustversterkingen te wagen, zoodat Generaal Shafter en zijn opvolger Generaal Miles, thans via de regeering te Washington, hunne wenschen dienaangaande kenbaar maakten. Het resultaat hiervan was een telegram van het Departement van Marine aan den admiraal Sampson, luidende: „De bevelhebber van het leger en het Departement van Oorlog „dringen er op aan, dat de marine de haven forceert; treed in „overleg met den bevelhebber van het leger. Alles willende doen, „wat redelijker wijze mogelijk geacht kan worden, om den vijand „tot overgave te dwingen, laat ik deze zaak aan uw beleid over, „met dien verstande, dat de gepantserde schepen der Vereenigde „Staten niet aan gevaar blootgesteld mogen worden" (except that the United States armoured vessels must not be risked). De gedragslijn van den vlootvoogd laat zich thans gemakkelijk denken. De haven werd niet geforceerd. Men bepaalde zich tot een bombardement van de Stad Santiago. Door hulp van waarne mers bij het landingskorps werden de schoten goed in de stad geplaatst. Zonder den druk op Santiago te kunnen verzwaren, eischte Generaal Shafter den 3en Juli de capitulatie en herhaalde den llen Juli dezen eisch, nadat leger en marine de stad gebombardeerd hadden (zonder veel resultaat). Ook Generaal Miles begon dadelijk na zijn optreden met de Spanjaarden te onderhandelen, zoodat den 16en Juli de capitulatie tot stand kwam. De uitkomst was voor de Amerikanen grooter dan voor de Spanjaarden. Na de opmerkingen, naar aanleiding van den aanval op Wei-hai- wei, kan hier met het volgende volstaan worden. 742

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 24