Proeve eener Inrichting van een
[Sept. 1914.
derheid van den vestingoorlog gelden, aangezien een groot deel
van dat geschut tegenwoordig een integreerend deel uitmaakt van
de artillerie van het veldleger.
Evenals in den veldoorlog waarborgt slechts een innige samen
werking der verbonden wapens succes.
III. Het doel der vestingwerken moet zijn: een maximum weer
stand met een minimum aan troepen en kosten.
Wat de aan doode weermiddelen te besteden kosten betreft, bijna
altijd bedriegt hierin de zuinigheid de wijsheid. Niet uit het oog
mag worden verloren, dat de bouwkosten een veiligheidspremie
zijn, die n. b. slechts éénmaal betaald behoeven te worden. Een over
maat van zekerheid bij het vaststellen van het weerstandsvermogen
der dekkingsmiddelen is noodig met het oog op de steeds in kracht
toenemende aanvalsmiddelen.
2. Bijzondere.
I. De mogelijkheid tot een krachtige vuurconcentratie, inzonder
heid de combinatie van frontaal- en ftankvuur uit een zoo
groot mogelijk aantal opstellingen, moet de grondslag der
verdediging uitmaken.
Ten allen tijde heeft men en terecht een groote waarde aan
flankvuur toegekend. Met de ontwikkeling der handvuurwapens
nam het afstootend vermogen van frontaalvuur in die mate toe,
dat de toepassing van enfileer- of echarpeervuur meer en meer op
den achtergrond werd gedrongen.
De Russisch Japansche oorlog en vooral de Balkanoorlog ves
tigden opnieuw de aandacht op de groote waarde van het flankvuur.
Ten onrechte heeft men in den vestingbouw aan het gordelfort
de hoofdrol van steunpunt toegekend; integendeel hoofdtaak van
een modern fort is groot flankement, neventaak te dienen als
steunpunt. Dit blijkt uit de historische ontwikkeling van het moderne
gordelfort, dat ontstaan is uit het bastion van het Vaubansche vesting
stelsel, en dit op zijn beurt uit de torens der ridderkasteelen.
Immers ten einde het te beschermen object tegen bombardement
te vrijwaren, moest de weerstandslinie eenige kilometers vooruit
823
