Proeve eener Inrichting van een [Sept. 1914. Resumeerende zouden dus drie categorieën van beide landaarden worden verkregen: vestingmilitie, veldmitrailleurmilitie, weerbelastingbetalenden. De vreemde Oosterlingen zouden een weerbelasting gelijk aan die der Europeanen dienen te betalen. Wenscht men over een geoefende legerreserve te beschikken, dan kan bepaald worden, dat de Inl. vesting- en veldmitrailleurmilitie bijv. na zes jaren dienst wordt vervangen. Ten einde den militieplicht ook voor de Eur. lichter te maken, zou dezelfde bepaling ook voor de Eur. militieplichtigen kunnen gelden, indien namelijk over een voldoend aantal kan worden beschikt, noodig voor de bediening der militiemitrailleurs. Het spreekt vanzelf, dat herhalingsoefeningen van de legerreserve noodig blijven. III. Uit de vrijwillig tot de vestingmilitie toetredende Inlandsche militieplichtigen worden in de nabijheid der permanente stel lingen gelegen militaire landbouwkolonies gevormd. Vrijwillig, omdat het zeer moeilijk zou vallen een billijke keuze te doen uit de talrijke militieplichtigen. Om de toetreding aanlok kelijk te maken, moet de bepaling worden gemaakt, dat, zoolang als de Inlandsche vestingmilicien zijn dienst verricht, hij het vrucht gebruik verkrijgt over in de nabijheid der stelling van welker bezetting hij een deel uitmaakt gelegen sawahs of tegallans (bijv. 2 bouw per milicien). Hierdoor wordt bij oefeningen tijdverlies door langdurig transport voorkomen en worden de noodige transportkosten uitgespaard. Bovendien ontvangt hij een renteloos voorschot tot aankoop van ploegdieren en landbouwgereedschap, terwijl hem een woning ter bewoning wordt aangewezen. Aan het hoofd van een landbouwkolonie met een bepaald aantal kolonisten (bijv. de lnl. bezetting van een groep) staat de groepscom mandanteen gepensionneerd officier—in het bestuur geholpen door de fortcommandanten van zijn groep—actief dienende officieren van het leger en gepensionneerde Inl. onderofficieren. 851

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 41